30 komende in het voorberigt van het eerste nommer van het Archief. Aldaar wordt de mogelijkheid aangenomen eener vergissing van den heer Verhei je van Citters omtrent liet eerste der aldaar vermelde zegels der stad Middelburg. Een onderzoek, later ingesteld, heeft doen zien dat het afgedrukte stuk slechts een uittreksel is uit liet oorspronkelijke opstel. Dit laatste werd door den schrijver aan zijn schoonzoon L. C. van Sonsbeeck, in 1815, ten behoeve der stad medege deeld; de stads-secretaris maakte er een uittreksel van om aan den Hoogen Raad van adel te worden ingezonden en dat uittreksel is het gedrukte stuk. In het oorspronkelijke opstel komt de vergissing niet voormen wordt derhalve verzocht bl. 8 in f. van Archief n°. I volgender wijze te lezen: „N°. 1. Het ééne met een contrazegel, vertoonende op de regtei'zijde een burgt in die form als men bij Eikelenbeug, Beschrijving van Alkmaar bl. 82 in plaat gebragt vindtmaar alzoo het Middelburgsche zegel grooter dan liet gemelde van Alkmaar waszoo was de burgt meer uiteengezet. Het rand schrift van het bezigtigde zegel was geheel afgebrokenalleen waren zigtbaar de lettersL L V M maar dat hetzelve aan Middelburg behoordebleek uit het contrazegelzijnde de burgt op de borst van een arendmet dit randschrift s. opidi de middelburgh contra. De Spelfout opidi villdt men mede op het zegel ad causae. Naar alle waarschijnlijk heid, uit het beloop der figuren en letters te oordeelen, is dit

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1866 | | pagina 30