100
geheeten, hield zich mede met de papierindustrie bezig en
schijnt volgens het merk in zijn fabriekaat van het jaar 1586,
op het gemeente-archief te Middelburg voorhanden, een klirn-
menden leeuw in zijn wapen te hebben gevoerd.
PI. XVI, n°. 5. Van eenvoudiger maaksel was het merk
van den fabriekant Pikette, die insgelijks in het midden
der 16de eeuw heeft geleefd. Soms vertoont het de kleine
P. in een uit gebogen lijnen zamengesteld figuur geplaatst
met zijnen naam er onder, zoo als in de rekeningen van
Onze Vrouwe kerk te Sluis over 1547 en 1550 en in die
van dqn heiligen geest aldaar over de jaren 1549 en 1550.
PI. XVI, n°. 6. Later bepaalde hij zich enkel tot zijnen
naam, zoo als die in sierlijken vorm in de stadsrekening
van Middelburg over het jaar 156S wordt aangetroffen.
PI. XVI, n°. 7. Vindt men het woord Maria met een
klein kruis daar boven als filigrane in het papier, dan kan
natuurlijk daarbij niet aan den maker van het papier wor
den gedacht, maar moet dit veeleer worden opgevat als eene
vrome hulde door hem aan de maagd Maria als zijne be
schermheilige, gebragt. Slechts eenmaal is het ons voorge
komenop een stuk van het jaar 1560 te Middelburg in
het stedelijk archief bewaard. Weldra echter werd de naam
Maria in dien van Jezus veranderd, waarmede in de 18de
eeuw een in Prankrijk zeer gezocht papiersoort werd aange
duid, dat destijds bij de reglementen bekend als „le grand
Jésus" en „le petit nom de Jésus" ook in den nieuwe-
ren tijd, vooral voor drukwerken, zijne oude vermaardheid
heeft behouden.
PI. XVT, n°. 8 en 9. Van Savois zijn ons geene bij
zonderheden bekend. De R tusschen de lelies wijst ons we
derom op Rouaan als de plaatswaar hij vermoedelijk zijne
industrie heeft uitgeoefend. Niet altijd echter heeft hij zich
van hetzelfde merk bediend. Alleen in papier van het jaar
1574 vertoont zich de R, die in het jaar 1580 door een
soort van kleine S onder een band op het schild is ver-