DE ONGEZONDHEID VAN ZEELAND.
DE. A. A. FOKKER.
Ofschoon de vraag omtrent de gezondheids voorwaarden van
een land of van eene bepaalde streek voor geene beslissende
beantwoording vatbaar is en uit dien hoofde zoude kunnen gere
kend worden van ondergeschikt belang te zijn zoo is zij ten
opzigte van ons gewest van eenige meerdere beteekenis
niet alleen omdat zij reeds vroeger het onderwerp van
een onderzoek heeft uitgemaakt, door het Zeeuwsch genoot
schap der wetenschappen uitgelokt, maar inzonderheid om
dat zij ten opzigte van Zeeland sedert onheugelijke tijden
telkens opgeworpensteeds een zeker parti pris heeft ont
moet, waaraan "het protest van enkele lofredenaars van
zijn klimaat niet in staat is geweest eenige de minste af
breuk te doen. Zeeland, zoo heette het, is altijd ongezond
geweestenkelen van zijne bewoners mogen het tegendeel
beweren; het, om het zoo te noemen, geen vat hebben al
daar van epidemiën van kwaadaardigen aard (typhus, cholera,
heete uitslag-ziekten enz.), ja zelfs zijne immuniteit voor
de pest, in den tijd aangeteekend door Levinus Lehnius;
niets van dat alles is een tegenbewijs voor de ongezondheid
van de landstreek en alsof Zeeland nog was als in cle tij
den van Boxhorn, men blijft hem nazeggen: de Zeeusche
Archief VII. 9
DOOP.
