134 nier, doet. en médecinemédecin en chef de Vhopital militaire de Bredaex-médecin des hopitaux de Middelbourg etc., Breda 1812. Beide deze schrijvers beschouwen de Walcherensche koorts als eene eigendommelijke geheel op zich zelve staande ziekte en zijnzoo als te verwachten wasniet ingenomen met de landstreek als duurzame of tijdelijke verblijfplaats. Yooral is dit het geval met den Engelschman die haar te huis of alvast in het hospitaal te Ipswichwaar hij zijne ziek terug gekeerde laudgenooten behandelde, bestudeerd heeft en die wel wat ver is gegaan in zijn afkeurend oordeel en bijzonder in zijne beschouwingen omtrent den beklagenswaardigen toe stand waarin de Zeeuwen verkeeren ,/The existence," zegt hij of the inhabitants of Walcheren may be regarded as a constant disease. If we were to cast our eyes over the habitable part of the globe we should scarcely be able to fix them on a people whose customs and mode of living are more likely to aggravate the accidents arising from a cold and moist temperature than those of the natives of Walcheren Niet ligt zal de Zeeuw zich met deze on gepaste uitspraak vereenigen en liever dan met Davis voor ziekelijk zal hij met Michon de la Eondée voor vet door gaan. vLes habitants" zegt deze ;/(sont) remarquables par leur corpulence et leur obésité 2)." Intusschen is het trac- taat van Davis en zijne studie over de bij de Engelschen zoo beruchte Walachrian disease uit een geneeskundig oog punt niet zonder verdienste. De topographie van Granier is de vrucht van eigene, op de plaats zelve opgedane ervaring. Zijne studie getuigt van een goeden tact van waarnemingmaar ook tevens van een zelfvertrouwen dat hem nu en dan een ton de maitre doet aannemendit belet echter niet dat het oorspronkelijke hier 1Introduction,, pag. Vil. 2) Considérations sur les fievres inlermittentes de la Zéla?ide. Stras bourg 1806, page 7.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1869 | | pagina 170