96 geliefde te benoemenvoor welken het geschil zou worden beslecht. Maar de Prins was niet in den Haag en Maie- jaert kwam onverrichte zake terug. Ilij werd ander maal den 15 Maartderwaarts afgevaardigdmet het gevolg dat de Prins de heeren mr. Pieter Ockerse, Cornelis Beresteyn van" Hai.eweyn en Joh an Wiertz benoemde. Op een schrijven van dezendat zij de gecommitteerden van den Raad den 12 April zouden wachten werden de schepen van den Brande met de Kaden Sci-iorer en Beondel en den Secretaris Maif.jaert naar den Haag afgevaardigd, welke laatste evenwel alléén derwaarts vertrok, en in de raadszitting van 27 dier maand rapport deedeen ontwerp van overeenkomst medebrengendegelijk deze in de conferentie met de gecommitteerden van den Prins besproken was ge worden. Blijkens dat ontwerp hadden de geïnteresseerden gevorderd, dat de regenten zich persoonlijk en solidair aansprakelijk zouden stellen voor de voldoening van den intrest der obli gation van de Leenbanken dat de Heerlijkheden op den 1 Januari 1678 zouden worden verkocht, wanneer de voor gestelde loterijwelke men intusschen zooveel mogelijk zou bevorderen, geene voldoende deelneming mocht ondervonden hebben. De geïnteresseerden zouden afstand doen van alle procedures door hen tegen eenige regenten geëntameerd 2). De Raad was wel genegen den eisch betrekkelijk den verkoop van de Heerlijkheden in te willigen, maar men vond het //van cordate regenten" niet te vergen dat zij zich persoonlijk voor de nakoming van het kontrakt zou den verbinden. Eene nieuwe bijeenkomst in den Haag op 28 Juli, waartoe de bovengenoemde heeren andermaal wer den afgevaardigd, doch welke wederom alleen door Mait.jaert werd bijgewoond, die van daar een nieuw ontwerp mede- Seer. not. 18 Februari. 2) Seer. not. 29 April 1677-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 100