156 stamvorm: mêrja)Angelsaksisch mare, mereenz. in Ger- maansche eigennamen. Tn plaats van den ouderen vollen vorm mdri (veriatij nsch tmarius) treft men ook mdrmér en tegenwoordig zelfs een toonloos mer aan. Bijv. voor 't oude Wilmari is in plaats gekomen het in Duitschland en de Nederlanden voortlevende Wilmar, en 't patronymicum Wilmer-ink. Yoorbeelden van den volleren uitgang mari verlatijnscht mariusleveren o. a. EraomariusAdalmari Gisalmari (en volgens Opperduitsche uitspraak Kisalmari) Yadomarius Dewijl nu geen enkele Keltische naam op marius bekend is 2)heeft men geen recht onzen Nerto- marius voor eenen Galliër te houdentenzij men bewezen hadvooreerst dat het eene afleiding uit een onbekend nertomarus moet geweest zijn en ten anderedat dit laatste uit het Germaansch volstrekt onverklaarbaar was. Hoe Zeuss aan de lezing Nertomarus (sic)gekomen is hetzij ien ge volge eener conjectuur of eener verkeerde lezing, is ons onbekend. Daar op grond van 't boven aangevoerde het laatste deel des woords Germaansch ismoeten we tot het besluit komen dat ook 't eerste gedeelte uit eene of andere Germaansch- Skandinavische taal te verklaren moet zijn. Gelukt het ons niet eene voldoende oplossing van 't vraagstuk te gevendan kan zulks ten bewijze strekken voor onze gebrekkige kennis der oudere taal, maar geenszins voor de gegrondheid der Keltische etymologie. Als het slechts te doen ware een klankverwant woord te vergelijken, zouden we kunnen wijzen op het IJslandsche nertucjr /'fraai, aardig." Dit woord staat echter, voor zoover ik weet, zoozeer op zich zelf, dat het al te gewaagd zou wezen, nerto te houden voor een substantief nerta of nertu {nerto)waarvan *t adjectief nertugr afgeleid ware. Eerder zouden we de gissing durven opperen dat Zie Grade, Sp racks chat zII, 825, en i. vv. Vgl. slechts Zeuss, Grammatica Celticabl. 16, in de Noot.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 160