16J
Ook van T Frankisch (Nederlandsch) Waldinus heeft de Hoog-
duitsche tegenhanger bestaan, want in Graïf I, 807, tref
fen we den eigennaam Waltining (d. i. Waltin's zoon) aan.
Hierna gelooven we gerechtigd te zijn te bewerendat
Dacinus, zoo goed als Dacco en Waldinus (Hgd. Wal tin)
eenen echt Germaanschen naam draagt. Ook meenen we ons
niet aan overdrijving schuldig te makenwanneer we zeggen
//de bewoners van Zeelandzooverre de geschiedenis dezer
//landen reikt, d, i. sints ongeveer 19 eeuwen, waren even-
//min Kelten als de Batavieren of Friezen of Menapiërs of
Texan driërs het waren. De door Zeuss en anderen voor
//Gallisch verklaarde (maar nog niet als Gallisch verklaarde)
//eigennamen op de overblijfselen des heidendoms in Zeeland
//zijn gedeeltelijk zekergedeeltelijk waarschijnlijkGer-
//maansch."
II. Kern.