235
Jonkvrouw Cornelie van Bruheze de vrouw van mr.
Franchoys, was blijkens een bij den inventaris gevoegd af
schrift van een huwelijkscontract opgemaakt door den notaris
Joh. de Corputeene dochter van Adeiaan van Bruheze
en Anna Pels. liet contract is opgemaakt den 25 Julij 1527
ten woon'nuize van jufvrouw Anna Pels in de Steenburgstraat
te Breda. De partijen waren aan de eene zijde: "De eer-
//samige, wijse ende voirsienighe meester Fransooys van San-
dijck woonende tot Ziericxeeen aan de andere zijde
Joufl'rouwe Cornelie van Bruhezewijlen Adriaens van
//Bruheze, rentmeester slants van Breda wettige dochter, ende
//met lieur joufl'rouwe Anne Pels, weduwe wijlen Adriaens
//van Bruheze voirgeïï. heur moeder, met Bernarden Pels heu-
//ren broeder ende voight." Als vrienden en magen waren
aanwezig n Raphael van Bruhezeschepen te Bredade
//broeder, Otto van Bruheze, schoutet ter lleyde, de oom,
Ciaes van Etten de oudoom ende Ilenric van der Werve,
//rentmeester van Zeelant Beoestersclielt de behoude oom van
//jouff'rou Cornelie van Bruheze voirgen en als getuigen
jonker Frederik van Renessedrossaart van het land van Breda
en jonker Jan van Renesse zonen van den heer van Mal.
Bij de verdeeling van den boedel, waarvan mede nog eene
akte voorhanden iswaren tegenwoordigals vrienden en
naaste manshoofden van de kinderen van mr Franchoys
Johan Suys Pieterszoon, Jan de Witte, Wouter van
Papendreciit en Wittelle Lievensz. Johan Suys Pieters
zoon was van het bekende adelijke geslacht en opperdijkgraaf
van Schouwen.
Op den 26 Augustus 1555 heeft jonkvrouwe Cornelie van
Bruheze met medewelen en consent van haar oudsten zoon Ni-
claes van Zandijckvoor schepenen van Zierikzee eene verkla
ring afgelegd, dat zij hare minderjarige zonen Adrianus en
Ilieronymus naar belmoren zou opvoeden en doen onderwijzen
//ende al doen dat eene goede joncvrouwe moeder sculdich es
//ende behoort te doene omme denzelveu zoonen ten state ende
