42
tot het slechten er van besloten, en al het hout, ijzer, lood
en arduin van het trotsche gebouw uitgebroken en weggehaald.
Nadat alles wat licht te verbreken viel afgebroken wasbe
proefde men het gebouw door buskruit te doen springenwat
slechts ten deele gelukte. Zoo bleef hethalf verwoest en ver
nield, staan tot den 27™ Juli 1820, toen de bouwval door
het domein in het openbaar voor afbraak verkocht werd. Het
kasteelveldzuidwaarts van den grintweg tusschen het kerkhof
en den Zwinpolder gelegen kenbaar aan eene hoogtedie weleer
de binnenplaats van het kasteel uitinaakte bewaart de herin
nering van het trotsche gesticht, 't Is nu het eigendom van
den heer Joh. Noest Jr.
(20). b. Het Schepen- of Poorthuis. Eeeds in
1329 wordt het Poorthuis vermeld. In 1393 werd het eene
prooi der vlammen. Nu werd er een nieuw gebouwdwaar
aan men verscheidene jaren arbeidde. Merkwaardige opgaven
dienaangaande vindt men in de stadsrekeningen van dien tijd.
De groote klok, Victor, d. i. de overwinnaargeheeten welke
in 1396 door Jan Leen, knecht van Aaltreop het Onze-
Vrouwekerkhof gegoten werd hangt nog in den toren. Van
1422 tot '27 werd het schepenhuis aanmerkelijk vergroot en
verfraaid. De toren bleef echter onveranderd. In de stadsre
kening loopende van 1 December 1421 tot denzelfden dag-
in '22, vinden we eene lijst van poorters, »die giften gaven te
hulpe van den makene van den grooten nieuwen schepenen huize
en dat tot een bedrag van 8 pond, 10 grooten. Jan de Paté
was de timmerman en Jophs Lietac de metselaar van dit
nieuwe schepenhuis. Ze ontvingen samen 14 el blauw laken,
van 22 grooten de el, //teenen karellakened. i. om er een
kareikerel of tabbaard van te laten maken dien ze bij plech
tige gelegenheden processiën b. v. dragen moesten.
(21). c. De Onze-V rouwekerk. In deze oudste dei-
beide Siuische parochiekerken vond men o. a. de merkwaardige
kapel der Oosterlingen volgens eene overeenkomst met de Hanze
van 27 October 1443, door het Siuische stadsbestuur gesticht
