51 geworden en dus uit de staatskas gesubsidieerd is geweest, zooals nader nog zal blijken en dat in dit tijdvak de polder aan de zuidzijde voortdurend door het geweld der stroomen op ontzettende vnjze is geteisterd geworden. In de Waterbouwkundige aanteekeningen over de Zeeuwsche oeververdediging van den hoofd-ingenieur J. E. W. Conrad (1874), pag. 75, vindt men ook nog vermelddat na den stormvloed van 27 September 1477 bij Suytkercke en Borren- dam (zuidzijde van Schouwen) veel land werd buitengedijkt. Bij gelegenheid zijner blijde inkomst en huldiging te Zierikzee als vader en voogd van zijn minderjarigen zoon Philips (graaf van Holland en Zeeland) op den 19 Nov. 1483, heeft Maxi- mit.ïaan schoutbailluw en schepenen van Zierikzee geoctroijeerd met de bevoegdheid om kennis te nemen en justitie te doen over de misbruiken en abuizen van dijkgraven, gezworens en dijc- kaarts lands van Schouwen. Dewijl in dat document sprake is van misbruikenabuizen onbehoorlijkheden en wederspannigheid van dijkgravengezwore nen en dijckaart.s, is het aan te nemendat het collegie van burgemeester en heemraden met het opperbeheer over den polder belast en als zoodanig toezigt moetende houden op de hande lingen dier dijkgraven enz. der verschillende vijfde-deelen voort durend met tegenstand en onwil dier collegien te worstelen hadniettegenstaande de scherpe ordonnantie van graaf Philips van 1460, en dat zij, die met de jurisdictie over zoodanige abuizen en misbruiken waren belast aan burgemeester en heemraden den noodigen steun onthieldenom die verkeerdheden te werenredenen waarom de graaf het nut en oorbaar rekende bij dit privilegie de jurisdictie daarvoor uitsluitend op te dragen aan schoutbailluw en schepenen van Zierikzee en aan de rege ring dier stad om daarop de noodige ordonnantie te maken. Hierdoor werd dus de jurisdictie over zoodanige misbruiken enz. aan den vorigen regter (vermoedelijk schout en schepenen der verschillende ambachten) ontnomen. Bij privilegie van 28 September 1497 heeft graaf Philips,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 437