86
Uit dit document blijkt het dus, dat soms ook van de
baanders of gebruikers der gronden eene belasting ten behoeve
van den landheer geheven, werd van de gemeten die zij be-
baanden.
Den 31 Mei 1560 werd door koning Philips II aan die
van Schouwen weder vrijdom bij octrooi verleend.
In dit document wordt vermeld, dat in de jaren 15531556
waren gemaakt 1515 roeden inlaagdijk, die gekost hadden
de zeer belangrijke som van 110602 VI van 40 grooten,
wijders dat men in 1558 begonnen was met het maken van
nog 960 roeden inlaagdijk, waarvan in dat jaar was besteed
eene lengte van '240 roeden voor de som van 20541 10
schelling 6 penningen en in 1559 nog 200 roeden voor
31339 zoodat nog te maken waren 520 roeden, die bij
raming zouden kosten 60000; dat men bovendien had
gelegd twee nieuwe sluizen en nog een derde gemaakt moest
worden, die te zamen wel 10000 zouden kosten, zoodat in
Schouwen in 8 of 9 jaren tijds daarvoor zou worden besteed
232472 10 schelling 6 penningen VI. behalve al de ordi
naire hosten van schot en dijhgeldwelk dijkgeld onlangs wel
met de helft vermeerderd was, (waarmede zal bedoeld zijn
dat de kosten der zoogenaamde kaveldijken zooveel toegenomen
waren)dat daar nog bijkwamen de penningendie geschoten
werden voor het onderhouden der buitenwerken van rijs en
steenom de oude dijken (de dijkenwaarachter reeds in-
laagdijken waren gelegd) zoo lang mogelijk in stand te houden
en dan nog de renten, waarmede men den polder heeft moe
ten belasten, welk een en ander had tengevolge gehad, dat
vele geestelijke en wereldlijke personenweduwen en weezen ver-
pligt waren geworden hunne gronden ie abandonneerenomdat
de baten nietopwogen tegen de lasten.
Om die redenen verzochten regenten van den lande van
Schouwen vrijdom van eerste helft van schot en bede, nog
loop hebbende krachtens octrooi en sedert onheugelijke tij
den onafgebroken verleend zijnde, ten eeuwigen dage en vrij-