141 vestigenzoo hij in zijnen rechten kring geplaatst ware. Het werkvermogen zijner ziel is verkeerd aangelegd; het is onwillig of onvatbaar voor hetgeen hij thans verrichten moet. Maar, dit zij zoo, een schrandere ziel ontdekt zich toch altijd. l)at doet zij ook, doch vooral in dat vak waartoe zij van natuur behoort. "Wie weet, hoe velen er op een flauwe wijs het Evan gelie verkondigendie een goed figuur in den oorlog zouden maken. 't Is wonder, dat hij niet beter predikt, hij ziet zeer schrander!" zegt men. Maar laat deze zelfde redenaar eene geschiedenis uit den Bijbel verklarendie in het heldhaftige uit loopt hij zal u beter voldoenwaarom zijn ziel werkte vrij en wendde al haar vermogens aan om haarzelf te behagen. De tijd ontbreekt mij, om meer aanmerkingen van dezen aard op het papier te stellen. Den eersten December. Het is mij onmogelijkhoe gaarn ik wildeeene geregelde dagteekening van mijne bedrijvenom standigheden uitspattingen te makenechter wil ikhetzij dan wekelijks of maandelijks, het voornaamste, dat ik mij in ge dachte brengen kanopteekenen, Het kan dikwijls voor mij zijne nuttigheid hebbeneen bedaard overwegen van onze daden leert ons voorzichtig en behoedzaam zijn. Het naspeuren van de wegen der aanbiddelijke Voorzienigheid vervult onze zielen met verwondering en dankbaarheiden hoeveel gelegenheden laten wij ongemerkt voorbijgaanin welke wij de duidelijkste blijken der goddelijke bestiering kunnen bewonderenOntmoeten wij tegen verwachting een omwenteling in onze omstandigheden 't zij tot ons voordeel of ingebeelde schade, wij schrijven het terstond aan de werking der tweede oorzakenaan het zooge naamde geval, toe. Is dit kristelijk gedacht? Ontkent men, op zulk een wijze, het albesturende der Voorzienigheid niet? Hadden wij altoos een levendig besef van die alregeerende kracht Gods, wij zouden minder geneigd zijn om te twisten en tegen onze bestemming aan te druischen. Wij kortziende schepsels meten de grootte van ons geluk volgens het snoer onzer ver keerde neigingen. Wijzer willende zijn dan de oorzaak van ons

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 529