151 ven hebtik moet zeker een lievling der natuur zijnmen oordeelde het allernoodzaaklijkstdat ik een purgans gebruiken zoumaar zietdezen morgen begin ik uit eigen beweging ge durig het geheim vertrek te bezoeken. Het is lastigmaar zooals ik geloof zeer nuttig. Wanneer dit nu eens gedaan is, hoop ik geheel frisch te worden. Dan zal ik eerst begin nen te studeeren Ik heb hier op het concert geweestmaar dat geeft wat anders als in Vlissingen Het wordt gehouden in eene groote en prachtige muziekzaal; ik geloof, dat er wel dertig dames en nog meer heeren waren. De muziek was heerlijk Dit maakt ook nog een onderscheidbij ons moeten de toehoordersom redenenin het donkere zittenmaar hier waren behalve de losse kaarsennog drie groote kroonenzoo als er in de kerk hangendie allen verlicht waren. Wat de studenten betreft, die zijn hier zeer stil; nu, in den winterworden er nog wel eens glazen ingeslagenen de dra gonders zoo wat afgeklopt; maar dit is het al. Een heer uit üuitschlaud, die hier gekomen is om te studeeren vertelde mij, dat de studenten in Ingolstadt het onlangs zoo grof ge maakt haddendat een regement soldaten't welk daar in be zetting lag, bevel kreeg om tegen hen aan te rukken. Men vocht van weerskanten; eindelijk kregen de studenten, alleen met stokken en met moed gewapendde overhanden namen het gansche regement gevangen. Daar moest ik wezenZoudt gij ook niet denken, dat ik welhaast generaal zou zijn? Nu schrijf ik geen letter meer, alleen dit nog: mijn vriend! ik ben uw dienstvaardige vriend Bell ami. Zijn brief van dezelfde dagteekeuing aan Broes x) luidde Mijnheer en vriend! Thans ben ik in Utrecht; doch zoo de akademielucht zulk een nadeeligen invloed op mijn ziel moet hebben als op mijn lichaamdan zal ik hier eene droevige Die aan Boone, van welken hij ook schrijft, is niet meer voorhanden,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 539