174 voor u, F hansje Het is mij tot een groot vermaak, dat mijne Vaclerl. Gezangen alom met zooveel smaak gelezen wor den er worden er veel van verkocht. Hoort gij niets van de Gezangen mijner Jeugd? Binnenkort zal ik u een boekje zen den, een tooneelstukje door een mijner goede vrienden; er staat een vers van mij voor. Aan zijne moeder Mijne lievedierbare moeder Hoe vaart gij Gij zult mij wel verschoonendat ik in lang niet aan u geschreven heb. Gedurig heb ik u laten groeten en ik twijfel niet, of men zal u van mijnentwege gegroet hebben. Hoe schikt het zich met de oude juffrouw Cappelle? Kunt gij met haar nog al wel over den weg? Gij kunt met Zand- i.even, die zeker eerlang schrijven zal, wel een lettertje mede geven. Zult gij het doen, moeder? Overmorgenmoederzal ik vijf en twintig jaar worden Ik wensch u geluk met deze verjaring van uwen zoonDeze dag zal mij meer dan ooit de verplichting, die ik aan uwe moederlijke zorg heb, herinneren. Omocht het vervolg mijns levens een sprekende dankbaarheid zijn aan u aan God! Vaarwel, mijn lieve moeder! Die God, die u tot nog toe de blijken Zijner gunste deed ervarenbescherme u immer Mijn dierbare moeder! uw gehoorzame zoon Bell ami. Den 10 Nov. (1782). Mejujfroinv de wed. Bellami. P. C. Aan Pillis, 13 Nov.: Ik dank u voor uwen zegenwensch op mijn verjaardag. Maar wie is de schilderdie uw afbeeldsel zal maken Het moet geen brekebeen zijn; hij moet schilderen en niet crayonneeren. Mogelijk zal ik mij ook laten schilderenwilt gij dan mijn afbeeldsel hebben, liefste? Er is hier een schilder, die zegt dat mijn kop recht geschikt is, om geschilderd te worden. Ik zal er zoo op zijn oud-vaderlandsch uitzien. Gij wilt hem toch

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 560