217 studiën toe te voegen Hiertoe heb ik en de Pensionaris Laji- beechïsen dien Heer een voordeelig getuigschrift van u gezon den zoodat gij op eene jaarlijksche vermeerdering van 10 0 dalers zult kunnen staat maken. Ik ben blijdat gij u zoo op het Hebreeuwsch toelegt, 't Geen ge van van Alphen schrijftversta ik niethebt ge iets laten drukken aan of tegen hem? Aan Broes, 22 Jan.: Waardste vriend Uw brief heeft mij verheugden geen wonder Zij behelst een gewichtig nieuws voor mij maar zou het wel zeker zijn? Ik bid den Hemel, dat het zeker mag zijn! maar ik heb anders nog al veel maren dit zal immers geen nadeel doen aan het fondsdat gij en de andere Heeren voor mij jaarlijks uitlegt Ook niet aan hetgeen ik te Middelburg krijg? Dit denkt gij immers niet? Dit zou mijne omstandigheden maar in 't geheel niet verbeteren. Nu, ik hoop het beste De Hemel zorgt voor mij Dit gevoelt mij ne gausche ziel. Kunt gij u wei voorstellenwat ik gevoelde toen ik uwen brief las? Reeds met een beknepen hart dacht ik over het toekomende, over de bekrompenheid mijner om standigheden, en op eenmaal zonder aan iets dergelijks te denken zonder zoo iets te kunnen hopen doet zich een licht op, dat mijne geheele ziel verheldert! Ik dank u voor het deel, dat gij in mijne omstandigheden neemtmijn vriend schap zoo die iets bij u beteekenten mijn vlijt zullen u immer danken Maar ik bid u schrijf mij de zaak eens omstandigHoe is die Heer Zeebergh aan mij gekomen? Wanneer, zoo het zeker iswanneer zal ik geld ontvangen Zal ik het moeten halen en bij wien Ik twijfel niet, of de Heer Lambuecht- Sen zal in dit geval zeker veel gedaan hebben. Ik weet niet, of ik nu nog aan hem schrijven zal't is bij half acht. Ik ben gisteren van Arasteldam hier teruggekomenik heb er moeten zijn op de vergadering van Zwakt, omdat ik er in de groote

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 603