292 den christelijken godsdienst tot den staatsgodsdienst (de staats kerk) had ook op dit gebied invloed, en alras trok zich het staatsgezag deze zaak aan als een maatschappelijk belang voor elke burgerij." Zoo o. a. Justinianus en Karet, de Groote j). Men beschouwde de kerkgoederen als toebehoorende aan de armenwaarvan slechts het beheer aan de kerk was toever trouwd terwijl het wereldlijk gezag verplicht was haar in hare werkzaamheden te ondersteunen. Na den dood van Karet, den Groote vervielen de meeste zijner bepalingen en werden de armen bedeeld uitsluitend door de kloosters. In de 14e eeuw onderging deze toestand belangrijke wijzi ging. Nevens de kloosters werden op vele plaatsen verschil lende stichtingen (gast- en ziekenhuizen enz.) opgerichtwaarin ook vreemde armen (passanten) eenige dagen huisvesting en verpleging genoten. De armen uit de fondsen dier stichtingen bedeeld werden heilige geestarmen en de verzorgers heilige geestmeesters genoemd s). In het begin der 16e eeuw was de armoede door allerlei oor zaken schrikbarend toegenomen. Rotteck und Wei,oker in hun Encyclopaedic vermelden hieromtrent sub voce Armenpolizei //lm 16 Jahrh. wurden die Klagen über den Anwachs der Ar- n men und der Bettler starker als vorher und man hatte alle Mühe die öffentliche Sicherheit gegen die ietztern aufrecht zu halten Das Bedürfniss grösserer Sorgfalt der Regierung wurde fast um dieselbe Zeit in Spaniën und den Niederlanden unter Kaiii, Vin England unter Heinrich VIII uud Ei.isa- Herzog, Real. Encyclopiidievoce Armenpflege;" de Bosch Kemper, Gesch. der armoede in Nederlandp. 87, 43, 56, (2e. uitg.); Mr. Patijn in Nieuwe Bijdragen voor Regtsgeleerdheid en Wetgeving, XIV, 441, (over Stichtingen). 3) Over den werkkring enz. dier heilige geestmeesters werden bijzonderhe den gevonden in het Archief van Sluis. Dat zij vaak tot een bepaalde parochie kerk behoorden leert ons o. a. het testament van Adriaan van Borssele 14 Juli 1466, (van Heusden, Oudheden en Gestichten van Zeeland, I, 243).

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 678