344 beid.(1809) Ook deze hebben aan de hervormde gemeente te Ylissingen subsidie gegeven terwijl de diaconie hare rekening aan het bureau moest inzenden. Met 1 Februari 1815 hielden die bureau's van weldadig heid wederom op te bestaanvoortaan behoorden de armen //aan hunne afzonderlijke gezindheden ouder het bestuur der //respective kerkgenootschappen." Aanstonds nadat deze veran dering heeft plaats gegrepen vragen diakenen toch subsidie van de stad, doch op hun verzoek wordt afwijzend beschikt. In den aanvang werd aan deze nieuwe regeling de hand gehouden't geen blijkt uit het voorgevallene op de verga dering van 11 Juli 1815 B. geeft kennis dat hij reyspas- santen naar't Bureau tot vreemdelingen ingerigt heeft geren- //voieerd, doch dezelve zijn teruggezonden met rapport zoo dezelve aan eenige godsdienst alhier bestaat van dien moeten ondersteund wordenDoch lang hield men aan deze nieuwe regeliug niet vast, want reeds 2 December 1815, vinden wij weder den ontvangst van een subsidie vermeld. Over 1815 en 1816 werd dan ook op nieuw de rekening ter examinatie aan den raad toegezonden. De diakonie genoot nu voortdurend subsidie waaraan later echter als voorwaarde werd verbonden dat er vooraf aan heeren burgemeesters een staat van baten en lasten van het afgeloopen en eene begrooting voor het volgende jaar moest worden inge zonden, ingericht naar de daarvoor vervaardigde tabellen krachtens aanschrijving van gedeputeerde staten (11 November 1817). Na dien tijd beheerschte de armenwet van 28 November 1818, Staatsblad no. 40, ook de armenzorg te Ylissingen, zoodat veelzins de diaconie door de stad gesubsidiëerd de taak van algemeen armbestuur vervulde. x) x) Ondanks den armoedigen toestand der kas bepaalde zich de diakonie niet tot de ledematen der hervormde gemeente. In de notulen van 18 Api'il 1821 vinden wij vermeld: Na gedane revue is gebleken de gealimenteerde persoonen onzer administratie in zich bevatten circa 70 huisgezinnen, in zich bevattende ruim 130 zielen waaronder zich naauwelijks 40 ledematen bevinden."

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 730