77
//lioen belast, en veel erger gesteld was, zoodat hoe meer de
brodderiën voor den dag kwamen, zoo veel 1e meer hare
obligation kwamen te declineeren, tot dat, alles naakt en
klaar opengelegd wordendedezelve obligation eindelijk tot
20 ja minder percent vielen en onverkoopbaar werden."
De regeering moest zich duchtig inspannen om de burgerij
te bevredigen en de rust te bewaren. Met dat doel werden
dan ook den 22 Juli, aan commissarissen uit den Raad
zoowel van de Wisselbank als van de Leenbank, twee ge
committeerden uit de burgerij toegevoegd: waartoe, uit het
dubbeltal door de koopliedenburgers en gilden opgemaakt
de burgemeester Joiian Schoker en de schepen Johan Bec
ker, als Commissarissen van de burgerij voor de Leenbank,
benoemd werden. Den 22 September werd aan de regeerende
en oud-burgemeesters en de Commissarissen van de Leenbank
opgedragen te besogneren in wat voege men de kapitalen
van weezen en eenige onvermogende personen het best zou
kunnen aflossen; maar zij schijnen in deze besogne niet ge
lukkig geslaagd te zijn. Want in de raadszitting van den 14
October 167b betoogde burgemeester Le Sage de noodzake
lijkheid dat er iets gedaan werd tot herstel van de beide ban
ken en gaf hij in overweging omnevens Commissarissen van
de Leenbank, nog eenige heeren uit het collegie te commit-
teeren, die met gecommitteerden uit de geïnteresseerden ge
zamenlijk zouden delibereeren over het uitvinden van de noo-
dige geldmiddelen tot een fonds om //ten minste den intrest
//daaruit te kunnen voldoen;" alsmede om neerstiglijk te on
derzoeken//of ook eenige Commissarissen in der tijd eenige
//penningen van de Leenbank mochten hebben ub gezet tegen
het reglementof der bank eenige schade toegebrachtwaar-
voor zij of hunne erfgenamen aansprakelijk zouden wezen."
De //serieuze besogne" die men den 24 October over dit voor
stel hield, leidde tot het besluit om twee raadsleden extraor
dinair te commilteeren en om de geïnteresseerden te verzoeken
een gelijk getal uit hun midden te benoemen die dan ge-