85
naar welgevallen handelen. Van daar dat men in de Secrete
notulen van 6 Maart 1674 leest, dat de regeerende- en oud-
burgemeesters in conferentie geweest waren met de gecommit
teerden uit de kiezersdie er in bewilliqd haddendat ieder
die tot kiezer zou worden verkozen, eene recognitie van 100
ten profijte van de Leenbank zou betalenop approbatie van
Z. H. den prins van Oranje als stadhouder 1). Intusschen
schenen deze liecren door den magistraat niet zóó te worden
behandeld als waarop zijwegens de waardigheid van hun
ambt, 't welk voor het leven verleend werd, aanspraak meenden
te kunnen maken. Althans zij deden tegenover de bewilli
ging nopens de recognitie van 100 het verzoek, vooreerst
dat zij tot het oproepen van de kiezers een stadsbode zou
den mogen gebruikenen dat zij in De roode leeuw of in
een der vertrekken van het stadhuis zouden mogen vergade
ren ten anderedat wanneer zij op het stadhuis werden
geroepen om brieven gericht aan burgemeesters schepenen
raden en Jciezerste zien openen en te hooren lezenzij dan
aanstonds in de vierschaar nevens burgemeesters, schepenen
en raden zouden mogen komen zonder te moeten vertoeven
op de zaal of in het vertrektotdat, zij binnen geroepen wer
den. Ofschoon het eerste verzoek werd toegestaan, werd aan
hun bezwaar tegen het u anti-chambreer enniet geheel te
gemoet gekomenmaar geresolveerd dat in zoodanig geval
//van zaken met alle bescheidenheid zou worden gehandeld en
/'geprocedeerd."
Behalve f van de recognitie-penningen werden nu ook on
derscheiden andere stads middelen aan de Leenbank afgestaan
zoo als de impost op den turf, op de kolen, op het brand
hout en op den wijn, het extraordinair klappergeld, de pacht
van de groote en kleine kraanen de taux op de rouwman
tels aanvankelijk aan het Oude mannen- en vrouwenhuisdoch
1) Zij betaalden te voren 25 als recognitieen evenveel als inkomgeld.
Journaal 7 Februari 1673.