92 op de oude West-Ind. Compagnievoor welke hij eene schuld bekentenis ad f 3000 van de nieuwe krijgen kon mits y'SOO in gereed geld betalende. "Voorzeker zou menigeen met zul- ken prijs zeer verlegen geweest zijn. Wat hiervan zij, de loterij is niet doorgegaan; waarom men ook op aandrang van de geïnteresseerdenden 16 April 1678 besloot, de stadsheerlijkheden publiek te verkoopen, tegen betaling in obligation ten laste van de Leenbank. De voorwaarden van verkoop van de heerlijkheden van West- kapelle en van Domburg werden den 30 Augustus, die voor de overigen den 1 Maart 1679 vastgesteld, doch den 9 derzelfde maand nog op verzoek van de geïnteresseerden van de Bank in dezen zin gewijzigd, dat de koopers de officianten in de Heerlijkheden (schout, schepenen, secretaris en vendumeester) naar welgevallen zouden kunnen behouden of ontslaan. De verkooping geschiedde in Maart en April 1679, en bracht 78685 6 8 of ruim f 472000 op a). Zonderlingdat men onder de dus verkochte Heerlijkheden ook die van den Middelburgsellen polder en van Nieuwerkerke aantreft, niettegenstaande men, den 4 April van hetzelfde jaar na een opzettelijk onderzoek en rapportbesloten had deze niet te verkoopenuit vrees voor mogelijke benadeeling van de haven en stroomen der stad wanneer deze Heerlijkheden in in handen van partikulieren kwamen. In ditzelfde jaar werd eindelijk met de oude West-Ind. Compagniewelke in 1674 door eene nieuwe vervangen was geworden 2)afgerekend. Haar hoofdschuld aan de Leenbank bestond uit de twee hierboven meermalen vermelde postenn.l. l)e heerlijkheid van Westkapelle werd voor f 80,000 aan mr. Maak ten Veth, die van Domburgaan Eduard van de Perre voor ƒ76,650 verkocht. Zie du Pon Reg. van aant. uit de stads-rekeni?igenop het woord Ambachtsheerlijkheden. En Kesteloo Wandelingen door de voorm. smalstad Domburghl. 121. 2) Zie Tegenw, staat van Zeelandt. a. p. en Wagenaar, Vad. hist d. XIIIhl. 379 volg.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 96