127 255. 1649, 8 Sept. Dez. als voren, voor 25 a, 50 gem. schor tegenover den Marollepvl bij Oostburg. Aldaar. 256. 21 Sept. Dez, als voren, voor de schorren bij Kiel- drechtgedeeltelijk gelegen in het Hulsier ambacht. Aldaar (N.B.) Be hierboven onder n°. 247 tot 256 vermelde octrooien ivorden in het Groot placaatboek niet medegedeeldalléén vermeldomdat zij woordelijk overeenkomen met het octrooi van 24 Aug. 1648, toen als vast formulier aangenomen. 257. 1649, 16 Dec. Dez. als voren, voor den polder van Bewester- Eedeben. St. PietersdijJc. Wolteks n°. 41. 258. 1650, 16 Pebr. De Daad van Vlaanderen doet de von nissen van de Raden van Brabant, van 11 Juni 1613, 5 Maart 1614 en 9 Juni 1626, in de geschillen over het watergesehot aan de bedijkers van den Albertuspolder te betalenter executie leggen. Aldaar n°. 42. 259. y 5 April. De Staten-generaal geven octrooi tot be dijking van de schorren, gen. het Iidjs annex den Doel. aGroot Placaatboek II 1992. 260. 1650, 14 April. Dez. machtigen de gelanden van de geïnun deerde polders van lillohet door hen van de andere zijde, den 20 Pebr. 1649 verkregen octrooi tot bedijking- van die polders, ten uitvoer te leggen, (a) Aldaar bl, 1993.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 135