162
heeft hunne reis niet opgeleverd. Maar onze reizigers deden
wat ze vermochten ze hebben als helden gekampt tegen wind
en weer en ijs, door,dien strijd kennis en ervaring opge
daan in het bevaren van die zeeën welke al spoedig door
onze walvischvaarders zouden worden doorkruist. Ze hebben
den roem verhoogd van dat kleine republiekjedat in zijne
jeugdige kracht te midden van een' zwaren oorlog tegen een'
machtigen staat nog tijd en geld beschikbaar had voor derge
lijke ondernemingen. Ze hebben hunne namen vereeuwigd door
onder de eersten te zijn geweest, die hunne krachten beproef
den aan het vraagstuk dat tot op dit oogenblikbijna driehon
derd jaren na hennog steeds de machtigste volken te vergeefs
hebben trachten op te lossen. In 1875 en 1876 is de bekende
Noedenskiöi.d er in geslaagd den handelsweg te openen tus-
schen Europa en den mond der Jenisseihij ging evenwel door
Matotsjkin-straatwaar de ijsgang minder is dan in straat Nas
sau doch die aan onze voorouders onbekend was. In Juli a. s.
zal dezelfde ijverige Noordpoolreiziger met de Yega een' tocht
ondernemen langs de noordkust van Azië naar de Behringstraat.
Toegerust met al de rijke hulpmiddelen van onzen tijd hoopt
dus deze vreemdeling het plan te volvoeren voor welks verwe
zenlijking onzen voorouders van het laatst der 16e eeuw geene
opofferingen te groot waren.
En nu doorklieft de //Willem Barends" weer dezelfde zeeën
vroeger bevaren door de //Griffioen" en hare tochtgenoot,en.
Met ingenomenheid heeft heel ons land deze nieuwe Nederland-
sche Noordpoolexpeditie begroet en de poging toegejuichtom
op dit gebied onzen ouden roem te verlevendigen en te ver
meerderen. We kunnen den wensch niet onderdrukkendat
de wakkere Nederlandsche reizigers van 1878 waaraan we
trouwens niet twijfelen dezelfde veerkracht en volharding
aan den dag mogen leggen als hunne voorgangers in 1595,
doch hopen dat hunne reis voorspoediger moge zijn.
Mei, 1878.