113 polders in waarom zij als de middelste der toen opvolgende bedijkingen ook eigenaardig den naam van het Middelland verkreeg. De polder komt in oude stukken echter nog onder scheidene malen onder zijne oude benaming voor; doch iets wat de verklaring van daarop betrekking hebbende beschei den minder gemakkelijk maaktis dat ook de Noordpolder aanvankelijk met dien naam werd bestempeld. Wij moeten derhalve voorzigtig zijn met stukkendie op een Nieuwland betrekking hebben opdat men zich in de daarmede bedoelde bedijking niet vergisse. Met het oog op de voorgenomen na dere bepaling van den tijd der indijking was het noodig hierop met een enkel woord te wijzen. Een der voornaamste stukken dandie wij tot nadere aan duiding van den tijd der inpoldering op het oog haddenis een charter van 16 Mei 1315 volgens hetwelk omtrent 110 gemeten lands van Colaird van der Muden" en ande ren, in //Sint Martensdikeverbeurd werd verklaard De in dat merkwaardige stuk genoemde personen die hunne eigen dommen verloren waren Vlamingen zij hadden in vereeniging met anderen hun land zelf bedijkten moesten het derven omdat zij in den oorlog met de Vlamingen zich aan de zijde hun ner landgenooten hadden geschaard 2). De polderwaarin de verbeurd verklaarde landen lagenwas alzoo nog niet lang bedijktmaar in het aangehaalde charter wordt door graaf Willem toch ook gezegd, dat de bezitters hunne goederen hadden verbeurd omdat zij met de Vlamingen tegen zijne voorouders hadden gestreden. Schoon alzoo niet oudblijkt uit het laatste dat de dijkagewaarin de ontno men gronden lagen, toch reeds onder graaf Jan II moet zijn bedijkt geweest. Maar in welken polder nu lag het verbeurd verklaarde land, dat onder anderen ook door de hulp van deze Vlamingen was ingedijkt In het Oudeland dat reeds zeer lang F. vak Mieris, Groot Charterboek, deel II, folio 161. 3) Ibid. Archief IVe. dl. 2e. st. 8

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 125