119 begrijpenmaar kan ook uit den vorm der dijken nog overal worden aangetoond. Hier waren het uitdrijvingen tengevolge van eenen te slappen grond waarmede men bij de optrekking te kampen had en daar waren het belangrijke verliezen door uitstroomingwelke de uitvoering zeer belemmerde Ook de sluiting der dijken zal bij de betrekkelijk geringe werkkracht, waarover men te beschikken hadniet zelden groote bezwaren hebben opgeleverd. Dandit alles kwam men zoowel hier als elderste bovenjazelfs nog omvangrijker polders dan deze zijn in de middeleeuwen tot stand gekomen maar en nu denk ik aan iets anders wie zal ook zeggenten koste van hoeveel menschelijk leed zij werden verkregen de meeste der oude bedijkingen toch zijn door ambachtsheeren met hunne eigenhoorigen gevormd. Vroegertoen de zeewering nog op minder doeltreffende wijze werd beheerdheeft deze polder veel van den aanstoot dei- wateren te verduren gehad zoodat de opgebragte en veelal zware dijkgeschoten dikwijls in lang niet toereikende warenom daar mede in het meest dringende onderhoud te voorzien. Na de in 1500 door den prins toegestane beden gedurende tien ach tereenvolgende jaren werd dan ook bepaald, dat door de pol ders Oudeland, Middelland, Uiterste-NieuwlandNieuw-Ravens- oord en Slabbeeoorne van 1562 tot en met 1567 jaarlijks nog 10 Vlaamsch per gemet tot verdediging van dezen polder zou worden opgebragt a). Door den voor dit gewest zoo geduchten vloed van 1 No vember 1570 is ook deze dijkage doorgebroken 2). Belangrijke schade schijnt door dezen storm aan de zeeweringen te zijn toegebragtwant nog in hetzelfde jaar werden de polders Oude land Middelland Uiterste-Nieuwland en Nieuw-Ravensoord ge noodzaakt beduidende sommen bij te dragen om in den nood 'j Archief der polders van Sint-Maartensdijk. 5) Ibid.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 131