138 wogen in het oog vati eigenaars alzoo gezamenlijk niet optegen de kosten die tot voorziening van den dijk werden geëischt De Staten gaven intusschen op het door ingelanden gedane verzoek berigt; zij deelden mede, dat de polder kon worden verlatenomdat hij was overstroomd geweest. Aan het slot van hunne beschouwingen gaven zij evenwel te kennen, dat, ingevolge een door het dijksbestuur gedaan verzoek aan deze calamiteuse bedijking voor den tijd van zes en dertig ach tereenvolgende jaren vrijdom zou worden verleend van alle '/ordinaire en extra ordinaire" lasten, wanneer namelijk ook de vroonlanden gedurende dien tijd als dijkers-gemetenwerden aangeslagen de houders van de tienden over gelijken termijn hunne daaraan verbonden inkomsten tot instandhouding des polders afstonden en eindelijk wanneer ingelanden voortaan een dijkgeschot van 10 per gemet geliefden op te brengen. Ingevolge deze beslissing der Staten kon men de onwillige eigenaars nu geenszins meer noodzaken dijkgeschoten te beta len en er wasna aftrek van het als zoodanig nog ontvan gen ereeds in 1718 een te kort van 543 Vlaamsch. Het dijksbestuur met de zaken uitermate verlegenschreef daarover aan de beheerders van 's prinsen domeinen, op wier last, men was voortgegaan den zeedijk te verdedigen en verzocht, dat ten minste 500 Vlaamsch van deze som mogt worden betaald. Aan dit verlangen werd voldaandoch die heeren waren alsnu niet meer genegen den geheelen polderzelfs niet onder ge not der aangeboden vrijdommen te aanvaarden. Zij en enkele andere eigenaars wenschtendat het dijksbestuur zich ander maal zoude wenden tot de Staten met verzoekden termijn van de toegestane remission van belastingte verlengen tot zoodanig tijdstip, als uit de verdere omstandigheden zou blijken noodig te zijn. Zooals evenwel te begrijpen was, was men te Middelburg niet genegen de verleende vrijdommen nog over een langer aantal jaren uit te strekkenwant men meende en te regtdat de polder, onder het genot van dergelijke voordeelen wel kon worden aanvaard.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 150