179 of dien duikerterwijl de onderhoudskosten dier waterleiding voor de overige twee derde gedeelten worden voldaan door de eigenaren der aangrenzende gronden. Aldus is tegenwoordig de wettige orde van zakenniet altijd was deze echterzooals wij die nu aantreffen maar zij is eerst na verloop van eeuwen op die wijze tot stand gekomen. De polders uitmakende het waterschap volgen in volgorde van hunnen ouderdom op elkanderals Oudelaud met Anna- YosdijkMaria, PluimpotBreedevliet en Suzanna. Van de twee polders Moggershil en Joanna-Marianiet tot het wa terschap behoorende bevat de eerste de oudste en de laatste de jongste ingepolderde gronden van Sint-Annaland. Moggershil. Tegenover Oud-Kempenshofstede lagen in noord oostelijke strekking de gorsen genaamd Moggershil. Zij waren door een niet breed water van de gronden van Oud-Kempens- hofstede gescheiden op het oostelijke eind lagen zij door eene niet zeer diepe geul en langs den noordelijken en zuidelijken kant eveneens maar door kleine stroomen bepaald. Deze gor sen vormden alzoo een eiland en werden eerst eenigen tijd na het ontstaan van Oud-Kempenshofstedebedijkt. Bij de inpolde ring werd de geulwaardoor zij van het reeds bedijkte land waren gescheidenafgedamd eu de nieuwe polder sloot alzoo aan den achtergelegenen aan. Wanneer Moggershil nu werd bedijktis niet geblekendeze gebeurtenis moet evenwel kort na de bedijking van Oud-Kem penshofstede hebben plaats gehad, want reeds in 1426 komen deze gronden als bedijkt en bebouwd land voor. Van de eenmaal opgeworpen waterkeeringen is alleen de zui delijke dijk van Oud-Kempenshofstede tot aan eu met de Groote nol van Amia-Vosdijk nog aanwezig; al het overige daarvan is door herhaalde overstroomingen en grondbraken ver loren geraakt. Groote rampen hebben dus ook dezen kleinen polder getroffen waardoor zoowel zijn vorm als zijne grootte belangrijk is gewijzigd. Reeds in 1509 brak de polder in

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 197