203
bedreigde punteenen inlaagdijk op te werken ten einde on -
dervloeijing te voorkomen. Aan dit voorstel van het bestuur
werd gevolg gegeven en de eerste inlaagdijk, slechts 17>2 Put-
sche roede langkwam nog in den zomer van hetzelfde jaar
tot stand. Zoodanig nam de oever evenwel afdat reeds op
het eind van 1676 een tweede inlaagdijk van 127^ Putsche
roede noodzakelijk was en voor welker opwerking een geschot
van 2 13 fi 4 A Ylaamsch per gemet moest worden om
geslagen. Door deze beide afsnijdingen was nu ruim 16 geme
ten lands van den nog maar zes jaar ouden polder aan de zee
afgestaanterwijl voor onteigening en voor andere te gelijk
uitgevoerde werken, nog f 3310 was besteed
Ook door den buitengewoon hoogen stormvloed van 26 Ja
nuary 1682 is deze zoo vroeg rampspoedige bedijking zeer
geteisterd; de zeedijk brak tengevolge van het geweldig over-
stortende water door en de polder leed zoo aan zijne water-
keeringen als aan zijne vruchten groote schade. Danmet
welke bezwaren de indijkers ook te kampen hadden zij ver
loren niet den moedde overstroomde grond werd beverscht
en bij het heelen van deze ramp viel gelukkig geen landver-
lies te betreuren. De nadeelige werking van den stroom bleef
ondertusschen voortdurenen lag vroeger alleen de noorde
lijke dijk aan den aanval van den stroom blootgesteldvan
lieverlede begon de dijkage ook aan den oostelijken kant het
nadeel eener geduchte inscharing van den oever te ondervinden.
In 1685 was de toestand daar zelfs van zoodanigen aard
dat ingelanden besloten er een' inlaagdijk lang 218 meter
op te werken en eene oppervlakte van 18 gemeten lands bui
ten te dijken. Tijdens het leggen van dezen dijkwerd ook
besloten het nog overgebleven stuk oude zeedijk, lang 361
Putsche roedete verhoogen en verzwaren en voor de aan al
deze werken verbonden uitgaven is een geschot van 12
Viaamsch per gemet noodzakelijk geweest 2). Nog nooit was
Archief der polders van Sint-Annaland.
2) Jbid.