213
tendeelsminstens 1 meter beneden het toenmalige volzeehij
daalde met eene zachte glooijing in oostelijke rigting af, wes
halve zijne hoogte, ter plaatse waar thans het dorp Oud-Vos
meer wordt aangetroffen te dien tijde wel op 2 meter bene
den het gewone hoogwater kan worden gesteld. Deze waterplas
was in de middeleeuwen besloten tusschen de oudste kusten
van liet bedijkte land van Tholenvan Duiveland en van
Steenbergen en was ten noorden bezet met uitgebreide banken
en schorren, waarvan enkele, zooals het Oudeland van Diepen
horst en het Dirksland waren bedijkt. Zij vormde met een
gedeelte der Ooster-Schelde langen tijd de oostelijke grens van
Zeeland en was aan deze zijde bekend onder den naam van
Vosmeermeer van de kust verwijderd heette zij echter Hei
denzee zooals uit onderscheidene oude charters blijkt 1). Alle
bijzonderhedendie op deze zee betrekking hebbenaan te
roerenzou ons te ver afleiden en wat hier wordt voorbijge
gaan zal daarna eene geschikter plaats ter behandeling vinden
Van waar nu echter hier eene zoo uitgestrekte en langdurige
verzameling van water Zie bier eene vraag voor welker be
antwoording de volgende uitweiding noodzakelijk is.
De oudste geulen of vlieten waardoor deze woeste streek
het Helium der ouden met de Ooster-Schelde of de zee ge
meenschap hadwaren het tegenwoordige Keeten de Sasse-
grave en de Strienein welke laatste ook de Vosvliet uit
mondde. De eerste uitloophet Keeten was ondiep en bo
vendien bezet met uitgebreide slijken en gorsen waarvan reeds
eene enkele onder den naam van Stavenissewas bedijktde
beide laatste geulen werden reeds vroeg gesloten en juist de
afdamming daarvan was een hinderpaal zoowel voor het dage
lijks droogvallenals voor "het volledig bevloeijen van dezen
grond. De afloop aan den oost- en noordkant greep ook door
zeer ondiepe en lange omwegen plaatswant zelfs de Hee-
netrecht/' later de Eendracht was oudtijds eene kreek van
F. van Mieris. Groot Charterboekdeel], folio 258, 300, 310 eu v. v.