polderis gebouwd. De gorsen in dit stuk bedoeld zouden
alzoo niet die zijn geweestwaaruit de Kerke- of Slabbecoorn-
polder is ontstaan maar wel die waaruit Oud-Kijkuit of eenige
andere bedijking is gevormd.
Vooral wordt door hen die den ouderdom van den polder
Oud-Vossemeer willen doen opklimmen tot lang vóór 1410,
waarde gehecht aan eene aanteekening van P. van Resen op
eene in 1555 door hem vervaardigde kaart. Doch voor het
daarop gezegde, als zou Oud-Vossemeer reeds vóór «dato den
koopbrief," dat is vóór 1410, zijn bedijkt geweest, bestaat,
zooals wij later zullen zien niet de minste grond 1).
Dresselhuïs stelt de bedijking van den Kerkepolder op 1410
en laat ons verder omtrent de indijking van Oud-Vossemeer
geheel in het onzekere. Ook deze geleerde houdt het er alzoo
voor, dat de brief van meergenoemden Gii.les van Wisse-
kerke op gorsen vóór of aan den Kerkepolder gelegen, ziet 2).
Danlaten wij nagaan of de tijd der bedijking van den
polder niet met genoegzame zekerheid kan worden bepaaldwij
kunnen zulks beproeven èn uit de locale gesteldheid der aan
liggende polders èn uit de oude stukken op deze gronden be
trekking hebbende. Tot het bepalen van den ouderdom van
den polder Oud-Vossemeer uit de ligging der dijkageszij
opgemerktdat deze is eene bedijking tegen de polders Dalem
Nieuwland, Puit, Peuke, Vijftienhonderd-gemeten, Rooland en
Broeken derhalve eerst na het ontstaan van deze kan zijn
gevormd Dit is eene daadzaak, welke te zeer in het oog valt
om ontkend te kunnen wordenen weet men nu den tijd
waarin de jongste dier bedijkingen van Tholen is tot stand ge
komen dan valt het niet moeijelijk ook dien van den polder
Oud-Vossemeer bij benadering te bepalen. Alleen hebben wij
hiervoor in het bijzonder in aanmerking te nemen de vier eerst
219
Ekmkrins, pag. 143.
2) Dresselhuïs, Be provincie Zeeland in hare aloude gesteldheidnoot 77,
pag. 137.