19
begaf zich ook tot den prinsvergunning verzoekende om
onder verband des poldershetzij beverscht of drijvendede
vereischte kapitalen te mogen ligten.
Het herstel der ontstane rampen eischte ook nu weder zware
offers. De dijkgeschoten werden bepaald op 2 16 Q 8
Vlaamsch per gemetterwijl Poortvlietdat bij de herbedij
king dezer gronden toch zooveel belang had met eene subsidie
van één gulden per gemet over zijne geheele breedtewerd
bezwaard. Met deze opbrengst en met de opgenomen kapitalen
waaronder één groot 2900 Vlaamsch onder verband der
polders van Poortvlietbedroeg het totaal der inkomsten over
1672 ruim 64,750.
Tot beversching der watering werd vóór of om het gat der
doorbraak een dijk of //krage" gelegd, lang ongeveer .106
Putsche roeden of 425 meter. Het westelijke eind dezer nieuwe
waterkeering '/raaide" op den toren van Antwerpen en het
oostelijke op dien van Goes. Het opwerken van den dijk was
op den 17 Maart 1672 voor 3200 aanbesteed; terwijl de
bekleeding van den grondslag met zinkstukken en schorgrond,
der dijkage uog op f 6310 was komen te staan. De tijd van
oplevering was wel gesteld op 15 Mei, doch men trachtte dien
te verhaasten door te bepalen dat voor eene vroegere afslui
ting van het gat den aannemer eene premie van honderd
rijksdaalders" zou worden toegelegd
Met de uitvoering der werken was men evenwel niet voor
spoedig tot zekere hoogte gekomen zijndezonk de dijkhoe
ook door zinkstukken geschraagdwegwaarom hij ook niet
tot het vereischte profil kon worden afgewerkt. Eerst in het
volgende jaartoen ook nog eene lengte dijk van 810 Putsche
roeden ter wederzijde van de gelegde krage" werd verhoogd,
greep de voltooijing plaats 2).
Tengevolge van deze ramp was de geheele waterkeering langs
Archief der polders vau Scherpenisse.
2) Ibid.