261
stond als het Gravengors" bekend; dan volgde het Jan-Ruijg-
rocksland" en nog meer noordelijk lag het schor, dat later
met den naam van Rammegorsop de kaarten werd vermeld.
Het eerstehet Gravengorsis alzoo ingenomen door de
polders van Vrijberghehet tweede en derde stuk hebben de
uitmuntende kleigronden van den Hollare- en van Haaftenpolder
opgeleverd. De //Jan Huygenshilwaarvan in oude charters
mede wordt melding gemaakten die aan den westkant van
deze heerlijkheid paalde is ten deele met den Sluispolder droog
gevallen ]j.
Het oudste deel dezer gronden schijnt reeds op den 4 Maart
1445 door hertog Fii.ips van Bourgondië ter bedijking te
zijn uitgegeven aan Jan Ruijgrock en Anthonie van Bot-
sei.aar. Of op deze uitgifte onmiddellijk inpoldering is ge
volgd is niet geblekenslechts wordt berigtdat de polder
Vrijberghe, groot 200 gemeten, in 1511 voor het eerst
//bereden" werd, maar ook alstoen is ondergevloeid 3). Uit
dit weinige is toch op te merken, dat deze bedijking eigenlijk
maar kort vóór dien tijd moet hebben bestaan en dat aan
vankelijk de gronden van deze in hare breedte zoo uitgestrekte
heerlijkheid maar ten deele zijn bedijkt geweest. Hoe en waar
de eerste inpoldering heeft plaats gehaddaarvan is niets ge
bleken; evenmin is het duidelijk, of de polder, in 1511 over
stroomd na verloop van korteren of langeren tijd weder is
herdijkt. Uit het verzoek van ambachtsheeren van Vrijberghe
van 17 Maart 1634, zou men evenwel kunnen opmaken, dat
de herbedijking is uitgebleven tot in de 17e eeuw en tevens,
dat de overstroomde polder gelegen heeft ter plaatsewaar
thans de polder Oost-Vrijberghe aangetroffen wordt. In ge
noemd verzoek toch verklaren deze heeren bereid te zijn
i/ hunnen geïnundeerden polderweder te beverschen mits voor
Ermerins. Beschrijving van Poortvlietpag. 71, en van Oud- Vosmeer
pag. '134.
-) Boxhorn pag 54.