264
Danniettegenstaande deze zoo gunstige liggingbleven de
gronden toch niet geheel van rampen verschoond; want reeds
in 1682 had overstrooming plaats, zooals blijkt uit het in
1683 door ingelanden ingezonden verzoek tot ontheffing der
Statenlastenvoor den tijd van zeven jaar 1). Schier niets
is echter van het vroegere dijkwezen van dit poldertje bekend
weshalve ook niets anders dan de eenvoudige vermelding dier
gebeurtenis kan worden geboekt. Ook omtrent de verdere lot
gevallen van deze dijkage verkeert men in het onzekeredoch
daar de daarvoor gelegen schorren steeds in uitgebreidheid
toenamenen de Krabbekreek hand over hand verlanddezal
hare zeewering van volgende stormvloeden weinig geleden hebben.
Bij het bedijken van den Nieuw-Vrijberghepolder werd de
zeedijk geheel aan den aanval van het water onttrokkendaar
door verviel alle onderhoud en bleet alleen de zorg voor de
uitwatering over. Nog eenmaal echter bespoelde het water den
dijk en had zelfs overstroomiug plaats s). Wat de uitwatering
betreft, deze vorderde door alle tijden heen geene groote uit
gaven; alleen wordt jaarlijks daarvoor 11,73 aan Nieuw-
Vrijberghe, waarop de loozing plaats heeft, uitgekeerd.
Oost-Vrijberghe is slechts 17,1420 hectaren groot en zijn
bodem bestaat uit zware klei. Bij een eigendom van 3,9240
hectaren is men ingeland.
West-Yrij bergh epold er. De polder West-Vrij berghe is
ontstaan door de bedijking van het Gravengors, reeds hiervo-
ren vermeld. Dit gors nu lag vóór de dijken van de polders
Bartelmeet en Broek en was in den laatsten tijd van de meer
westelijk gelegen aanwassen gescheiden door de uitwateringsgeul
van de dijkages van Poortvliet. Langs den noordelijken kant
Archief der polders van Oud-Vosmeer.
3) Door den vloed van 1808.