286 de uitgaven voor de oevenverken werden bestredenterwijl daarmede ook in het onderhoud der sluis zou worden voorzien. Uit dit en het voorgaandebetrekkelijk het onderhoud van den oever en de sluisis de toestand van het hedentot welks beschrijving wij nu overgaan geboren alleen verschilt de te genwoordige regeling van die van vroeger in zooverre dat nu geene oeverwerken waarvoor aanvankelijk zelfs de polders Broek en Rooi and nog bijdroegen, uit nde contributie" meer wor den bekostigd. Ook thans hebben de polders onder Tholen werken en be langen die het geheele waterschap aangaan; andere, welke uitsluitend de polders SchakerlooVijftienhonderd-gemeten en Dalem aangaan en eindelijk ook zulkewelke slechts één dei- polders betreffen. Omtrent de gemeenschappelijke belangen en werken van het waterschapbesluit de vergadering der ingelanden van het ge heele waterschap. Tot deze belangen en werken behooren a. de zamenstelling van het polderbestuur de voordragt dei- leden van dat bestuur de benoeming der ambtenaren en be dienden van het waterschapde regeling der jaarwedden van de bestuursleden en der genoemde ambtenaren en bedienden het vaststellen hunner instructiën en in het algemeen alles, wat tot de inrigting van het polderbestuur behoort en verder het waterschap in zijn geheel aangaaten b. de instandhou ding der waterkeerende sluis van den polder Vijftienhonderd- gemeten, waardoor, met uitzondering van den polder Razernij al de polders van het waterschap en de rivier de Eendragt uitwateren. De uitgaven welke daarvan het gevolg zijn wor den gedragen door het geheele waterschap. In de kosten dei- instandhouding van de waterkeerende sluis echter wordt niet bijgedragen door den polder Oud-Strijenzoodat deze kosten alleen komen voor rekening der overige polders van het water schap. De uitgaven voor de zaken onder letter a vermeld worden omgeslagen over al de landen in het geheele waterschap gelegen doch in dier voegedat eigenaren der gronden

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 310