Yijftienlionderdgemeten-polder. Zeer vroeg lagen aan den noordkant van het oude Schakerloo uitgebreide gorsen die door de Striene en den Yosvliet van het reeds bedijkte land waren gescheiden zij waren in de 10e of lle eeuw schier overal begroeid en leverden bij hunne indijking den polder Vijftien honderd-gemeten op die hoogstwaarschijnlijk naar zijne eerste schotbare grootte aldus is genoemd. 304 vermeld De vroonlanden besloegen eertijds en ook in 1810 eene oppervlakte van 16 gemeten 10^- roede, doch ze zijn sinds 1769 met geschot bezwaard. De tegenwoordige grootte van de dijkage bedraagt 443,1061 hectaren schotbaar land, bestaande uit ligte klei, die in het oostelijke gedeelte bij 't gehucht Oudeland in zavel- of humus- gronddoch in het overige deel langs den zee- en binnendijk in knik of roodoorn overgaat. De eerste grondsoort is op eene dunne zandlaagde laatste onmiddellijk op den ouden veen grond afgezet. Daar 's polders bodem veelal laag gelegen is wordt hij minder tot bouwlanddan tot wei- of grasland ge bruikt, en daarvoor is hij overal uitnemend geschikt. Bij eenen eigendom van 3,9240 hectaren is men ingeland. Wanneer de uitgifte van deze belangrijke strook gronds heeft plaats gehadis niet geblekenweshalve de ouderdom van den polder niet met juistheid kan worden bepaald. Ook is niet bekend door wien vergunning tot inpoldering is verleend doch daar Tholen eertijds tot Brabant behoorde, is het niet onwaarschijnlijk, dat die door de hertogen van dat gewest is verstrekt. Het stadje Tholenwelks oudste gedeelte op den zeedijk van dezen polder is gebouwd wordt niet vroeg in geschrifte ver meld en hierin meent men het bewijs te zien dat het niet op eenen ouderdom als enkele andere plaatsen in dit eiland 1) Archief der polders van Tholen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 328