312 graanen in de verte op boven de golven gelegen binnen dijken omdwalend vee voor hetwelk geene geschikte voeding meer bestond. Enniet alleen deze polder was door dit onheil zoo zwaar getroffen, ook Schakerloo en zelfs het verwijderde Poortvliet leden van de dagelijksche bevloeijing dezer gronden grooten last. Doch onmiddellijk na het onstaan der ramp wer den door het dijksbestuur in overleg met ingelanden middelen beraamdom den polder te beverschen eene zaak met welke men niet onvoorspoedig was maar dieblijkens de later daar van gedane rekening, de aanzienlijke uitgaaf van ruim 6763 Vlaamsch of van 40,579,75 van onze munt, heeft gevor derd J). Deze kosten waren gevonden uit onmiddellijk daarvoor gedane omslagenen verder door het sluiten van onderschei dene leeningendie over de polderswelke door de sluis uit- waterden gemets-gemetsgewijze werden verdeeld slechts de pol ders Broek, RoolandPuit, Peuke en Nieuwland namen in 1675 daarin voor een onveranderlijk bedrag van 750 Ylaamsch deel 2). Omtrent de wijze van afsluiting waren de dijkgraven Manteau van Dalem, Annima en I. de Wayer geraadpleegd; terwijl de laatste, een bij uitnemendheid in dijk- en polderza ken ervaren manmet de uitvoering der werken was belast 3). Hoewel wij hebben medegedeelddat men met de herbedij- king niet onvoorspoedig was, lag de nieuw te maken zeedijk in Augustus van het volgende jaar nog onvoltooid. Men had steeds gebrek aan geldwel was eene belangrijke som van het weeshuis te Tholen opgenomen maar wat de inning der ge schoten betrofdeze ging met groote moeijelijkheden gepaard en van menigeen moesten gronden of eigendommen worden verkocht. Rekening van 11 April 1672. 0 Ibid van 1679. a) Resolutieboek op het jaar 1671. I. de Waijer was dijkgraaf van de watering van Scherpenisse en ligt in de kerk aldaar begraven. Ilij is ook eenige tijd dijkgraaf geweest van 't waterschap Sint-Maartensdijk.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 336