63
gebleken in stede van met karren zooals in die tijden nog
gebruikelijk was is de grond voor dezen dijk zelfs met krui
wagens aangevoerd, en nergens wordt, zoo bij uitbesteding,
als uitbetalingvan vrouwen gewag gemaakt. Doch daar
nu lang vóór dat deze inlaagdijk tot stand gekomen wasreeds
van een1 Vrouwendijk gesproken wordtis het ook uitgemaakt
zeker, dat deze nieuwe waterkeering ingeval van overstrooming,
bij den aanvang niet met den naam waarmede men hem later
bestempeldeis genoemd geweesteerst latertoen men den
tijd zijner opwerking niet meer kendeheeft men dien een
voudig als een stuk van den eigenlijken Yrouwendijk aange
merkt. Hetgeen evenwel van de hulp der vrouwen door Ermebins
gezegd is, kan betrekking hebben op den reeds vroeger aldus
genoemden Vrouwendijk de oude waterkeeringwaarmede de
polder Vijftienhonderd-gemeten is ingedijkt, en waarmede de
Vosvliet en de Striene, beide nog al beduidende waterenzijn
afgesloten. Zeker was het leggen van dezen dijk eeue gewigtige
ondernemingwaarvoor de hulp der vrouwen te dien tijde wei
kan noodig zijn geweest.
De oude Vrouwendijk begon aan den dijk van Schakerloo bij
den Adamswegiets verder op heette hij Zaaidijk terwijl het
achterste of westelijkste gedeeltereeds in het begin der 15e
eeuw onder den naam van Lutteldijk stond bekend 1). Het
bezaaide vak van den Vrouwendijk, vallende in de strekking
van den nieuw gelegden inlaagdijk, werd, even als de Ket-
tingsdijk bij de uitvoering van de voorschreven werken ver
hoogd en zulks was noodig ter hekoming eener doorgaande
afsluiting.
Mr. J. Verheije van Citteus meende dat deze dijk dwars
door den polder Vijftienhonderd-gemeten was een oude dijk
die in 1674 is verzwaard; hij kwam tot die gedachte, omdat
de naam van '/Vrouwaan eenen ouden dijk doet gedenken 2).
l) E it me rins Beschrijving van ThoJenpag. 38.
s) Zeeuwsch jaarboekje van 1850, pag. 56.