71 de sluisals voor andere daarmede in verband staande werken stegen tot eene som van nagenoeg f 45,000. De watermolen is op den 15 September 1851 voor afbraak verkocht voor f 1060; de boezemlanden op den 4 No vember daaraanvolgende in veiling gebragtbragten ƒ8014,43 op, en een en ander werd besteed tot aflossing van het gene- gotiëerde kapitaal. Nog geene volle eeuw had de watermolen dus gestaantoen men dien stuksgewijze zag ter neder storten. Onderscheidene molenaars hadden zich daarop afgewisseldvan dat de eerste, Jacob Leenheer, was aangesteld, tot dat de laatste, Lt. Willemse, tengevolge der slooping, werd ontslagen. Met zooveel tegenzin men den watermolen van zekeren kant had zien verrijzen met zooveel leedwezen zagen velen dien nu ook voor altijd verdwijnen. Gelukkig echterdat de twee jaar te voren gebouwde zeesluis bij uitnemendheid aan de ver wachting voldeedhet waterdoor steeds verdiepte en verbreede kanalen daarheen geleid vloeide tot eene sinds jaren ongekende diepte af, zoodat zelfs de meest lage streken, voor dezen niet dan gestadige moerassen weder begonnen droog te vallen Thans is de waterlossing vrij voldoendewel kunnen in re genachtige saizoenen nog belangrijke strooken ondervloeijen doch bij eenen eenigzins gunstigen afloop der ebis de uitge breide dijkagewaarop bovendien ook nog de polders Broek en Kooland loozen betrekkelijk spoedig van haar overtollig water bevrijd. De sluis in den dijk van den Klaas van Steeland polder gebouwd ligt tusschen de dijkpalen 18 eu 19. Zij is maar 15.10 meter lang en hare dorpels liggen 2.47 meter beneden A. P. Het aangenomen peil van hoog water bedraagt 1.48 meter boven genoemd peil of ligt 4.11 meter boven den sluisvloer bij het buitenfront; ook komt dit overeen met eene hoogte van 0.99 meter beneden den deksteen op het front. Het verschil tusschen eb en vloed bedraagt hier 3.50 meter. Zagen wij dat de uitwatering in den laatsten tijd zeer veel

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 81