84 van Steelandpolder" bekend, en waarschijnlijk is hij door Egidius van Steeland wiens zoon reeds in een charter van 1285 wordt vermeld, bedijkt. Later treft men een' Klaas van Steeland aan en waarschijnlijk was deze eigenaar van den polder, naar wien hij dan ook vervolgens is genoemd 1). De dijkwaarmede de gronden van den polder Steeland aan de zee zijn ontwoekerdstrekte zich uit tot aan den ouden dijk van Poortvlieten was ongeveer 1255 meter lang. Hij is nog overal aanwezig en bezit ook nog allerwegen een zeewe- rend profil. De Klaas van Steelandpolder behoorde immer tot de watering van Scherpenissehij was in het stuk van dijkage daarmede zoodanig verbonden dat zijne zeewering altijd als een deel van die der aanliggende werd aangemerkt. Gelukkig dat dit zoo was want al vroeg waren tot zijn behoud verdedigingswerken noodzakelijkendaar met de betrekkelijk lange waterkeering een zoo klein getal gemeten werd beschut, zou liet op den duur niet mogelijk zijn geweest, om in het onderhoud daarvan met de eigene opbrengsten te voorzien. De zware kosten tot instandhouding van den polder gevorderd gaven bij ingelanden van Scherpenisse dan ook reeds vroeg aanleiding tot klagten. Men achtte de hier te bekostigen werken ruimschoots zooveel in het belang der dijkage van Poortvlietals in dat der wa tering tot welke zij behoordenen wel beschouwd was zulks ook werkelijk het geval. Yooral bij het verloren gaan der gor- sen van Romerswaalhad deze polder veel van den golfslag te lijdenterwijl ook de stroom steeds aan zijnen oever schade deed. Van lieverlede nam de behoefte aan verdediging dan ook toe, en in 1610 vorderde het benedenste gedeelte der wa terkeering reeds eene voorziening met rijsbeslag. Alvorens echter deze werd aangebragt, verlangden ingelanden van de wate ring Scherpenissedat Poortvliethetwelk bij de instandhou- houding des polders zooveel belang had daarvoor dan ook den b F. van Miekis, Groot charterboek, deel II, folio 660.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1878 | | pagina 94