4
Hennekeler bijeen-
een ge-
alhier; die van
eenig lofwerk het jaartal
en zeldzaamheden is in de laatste
aantal merkwaardige voorwerpen ver
in het bezit van
1780 geschonken aan
mr. J. van Citters
Hoofdplaat. Aan de
7
ziene halsketen van
te y eereen een
Oud- en zeldzaamheden.
De verzameling van oud-
jaren weder met een
rijkt geworden.
Daartoe behoort in de eerste plaats eene door den heer
mr. W. O. M. de Jonge van Ellemeet geschonken doodkist
van rooden zandsteen welke tal van jaren gestaan had op
de oude begraafplaats te Elkerzee in Schouwen. Zij is ver
moedelijk afkomstig uit het klooster Bethlehem aldaar.
Deze kist is lang 2 M., breed aan het boveneinde
waar eene plaats voor het hoofd is uitgebeiteld80 c. M.
en aan het ondereinde 52 c. M.diep van boven 35 be
neden 43 c. M. De buitenzijde is ruw, doch de binnen
kant is met fijne ribbetjes juist en evenredig versierd.
Wijlen de heer A. Geluk JAz. te Tholen, en de heer
J. J. P. Wiecking te Goes gaven onderscheidene voorwerpen
gevonden op de plaats waar Reimerswaal gelegen wasvan
welke stad de overblijfselen sedert den aanleg van den dam
door de Ooster-Schelde allengskens meer bloot komen.
Door aankoop en geschenk kregen wij enkele voorwer
pen op de oude begraafplaats te Domburg gevonden waar
bij de bereidwillige medewerking van den heer W. G. Bal
handelaar in oudheden alhiermns steeds van dienst was.
De verzameling steenen kogels werd vermeerderd met eenige
exemplaren gevonden bij de graafwerken voor het droogdok
zijn indertijd door den heer dr. G. van
gebracht.
Men is in het bezit van onderscheidene soorten, die tot
hiertoe nog op geene der plantenlijsten voorkomen, als in
Zeeland groeiende; terwijl men er ook enkelen aantreft,
tot dusver in Nederland nog niet gevonden.
Van de groep wieren tot hiertoe nog niet vertegenwoor
digd is eene kleine verzameling voor het herbarium in be
werking.
61
gebakken steenen met een waarop tusschen
//1^94,” respectievelijk aangebo
den door de heeren dr. Y. Keijzer alhier en J. A. van Boven
te Ter Neuzen.
Aangekocht werden een zilveren met vier schilden voor
liet schuttersgilde van St. Sebastiaan
in het midden der 18de eeuw in Oost-
i Indië vervaardigde statuette van den advokaat mr. Petrus
Gerardus Dobbelaervan Middelburg niet onbelangrijk voor
de wijze van kleederdracht dier tijden.
De collectie stempels en zegels is verrijkt met den stempel
van het cachet van de Mairie cTHede2e. mrondissement
prefecture de TEscautf een geschenk van den heer J. B.
Blindenbach.
Behalve het wapenbord van Marcus Zuerius Boxhorn schonk
de heer mr. D. A. Berdenis van Berlekom ook het portret
van dezen 3 October 1653 te Leiden overleden hoogleeraar
en Zeeuwschen geschiedschrijver.
Dr. J. G. de Man stelde ons
beeldhouwd wapen der familie de Moor.
Zeer belangrijk was ook het door wijlen jhr. mr. J. de
Witte van Citters aan het genootschap bemaakt legaatbe
staande uit de portretten van verschillende raadpensionarissen
van Zeeland en burgemeesters van Middelburg met hunne
echtgenootenbehoord hebbende tot het geslacht van den
overledene. Ofschoon bepaald wasdat die portretten eerst
na het overlijden van een tweetal zijner erfgenamen in ’t bezit
van het genootschap zouden komenhebben deze laatsten die
stukkenbehalve een zestalreeds onmiddelijk aan onze
verzameling afgestaan.
Uit diezelfde nalatenschap ontvingen wij eene vergulde
zilveren bokaal met dekseldoor de staten van Zeeland in
ieder der vijf gecommitteerdeno. a.
voor de zaken der indijking van de
eene zijde van den bokaal staat het
60