85 is geene inpoldering gevolgd, want op 12 December 1517 bevestigde Kakel "V den brief van Maximiliaan betrek kelijk de vorige uitgifte der plaat, en bij den ondergang van Noord-Beveland kwam zij nog als een open gors voor. Het Orizand lag door bet Groote faal van het eiland ge scheiden. Ook deze gronden, die aan de west- en noord westzijde door eene duinenrij tegen de zee lagen beschermd waren vroeg ter inpoldering geschikt. Wouter van Heems kerk erlangde in 1361 er reeds octrooi toe, doch ook hier greep geene ontginning plaats 1). Het was althans nog een vuitgors," toen het in 1123 door Eilies van Borssele van Cortgene werd aangekocht, even als in 1506, toen Bloris van Esmond, graaf van Buren, toestond er zoden uit te halen tegen vergoeding aan de pachters 2). In 1580 lag het nog onbedijkthet was toen ongeveer 2400 roeden lang en 200 roeden breed en bezet met n stellen" s). Zoo verlaten wij dan èn Noord-Beveland, èn de daar langs verrezen gronden als opene slijken en gorsen, die bij elke verheffing van den vloed onder de golven werden bedolven zij allen werden na eene reeks van jaren aan de zee te zijn blootgesteld geweest, weder ten deele herdijkt, doch ook ein delijk weder op vele plaatsen aan de wateren afgestaanom daarin voor altijd te verdwijnen. Welk een omkeer van zaken heeft alzoo ook hier plaats gegrependijken en dammendorpen en kasteelenzijn tegelijk met derzelvers stichters verdwenen en een en ander heeft plaats gemaakt voor geheel nieuwe toe standen met nieuwe geslachtenwelke op de opgewassen erven der vaderen zijn gevestigd. Maar had het oude eiland geweldig met de wateren te worstelen, ook het Noord-Beveland van jongeren tijd ondervindt het met welke elementen het te F. van Mieris Groot charterboekdeel III, pag. 126. 2) Zelandia Illustratapag. 388. a) Ibid.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1880 | | pagina 113