91
dei' eenig spoor heb kunnen ontdekken van een gebouw dat
onder dien naam bekend stond.
Wanneer de '.s Gravensteen is gebouwd staatvoor zoover
mij bekend isniet vast. In de allereerste sententiën van het
Buigregister T) hier ter stede (Anno 1480) wordt reeds van
\i Gravensteen gesproken; ook in de stadsrekening van 1475
wordt van den Steen als gevangenis melding gemaakt. In 1488
schijnt een verbouwing te hebben plaats gehad 2)doch in
den gevel van het gebouw, dat in 1827 publiek verkochten
afgebroken werd, stond het jaartal 1526, zoodat een gedeel
telijke of geheele vernieuwing van dit gebouw in genoemd
jaar schijnt te hebben plaats gehad 3). De plaats waar de
's Gravensteen stond waszoo als menigeen bekend zal zijn
op den Lange Burgt naast het huis wijk C no. 94. De
onbebouwde ruimte is thans een bergplaats voor steenkolen.
Het komt mij niet twijfelachtig voor of men heeft, behalve
in Gravensteenook in de poorten der stad vertrekken
gehad om gevangenen te bewaren. Zoo vindt men in de
rekening van 1475: //het. van zekeren touwen dienende op
de Zuiddampoorte(ter plaatse waar vroeger de Dambrug tegen
over de Scliuitvlotstraat zich heeft bevondenen wel aan
de zuidzijde, tussclien de Smallekade en de Dwarskade) omme
die misdadige personen te examineren 4)in de rekening
van het jaar 1516: //Aan den smit van ijzersgrendels, hand-
haven, aan de deuren aan den Gevangenisse op de Noordpoort"
(thans Noord-binnenbrug) en 1519: //voor een nieuw slot op
//de Noordpoort om die vangenisse, voor de Priesters."
1) Men weet, dat de Ruif/registers de criminele sentenfcien, door het ge-
regt der stad gewezen, bevatten. Ze danken hunnen naam aan de banden,
die van koehuiden zijn gemaakt.
2) Zie du Pon t. a. p., De post in de stads rekening luidt aldus: „ge-
schenkt Mijnheer den Burggraven van Zeeland, als hij binnen Middelburg
a was gekomen om zijnen Steen te maken van 's Graveuwege" enz.
3) Zelandia illustratapag. 252.
4) Du Pon t. a. p. sub voce „Poorten, Haven of Slijkpoort."