132 te bepalendie voor bet gebruik der bewoners van eene plaats gevorderd wordt. Men vindt de meest uiteenloopende hoe veelheden voor plaatsen opgegevenen bovendien nemen die hoeveelheden met den tijd toe, vooral daar, waar de aanvoer tegelijk wordt benuttigd voor wascli- en bad-inrigtingenfa brieken, doorspoeling van riolen, besproeijing van tuinen, reinigen van gebouwenvoor fonteinen enz. Ik wil uwe aandacht niet vermoeijen met opsomming van cijfers, en u uit een lijstje dat ik van 34 steden, meest van Europa in de Nederlandsche stoompost van 5 Mei 1867 heb aangetroffenslechts de grootste en kleinste getallen liters opgeven, die per inwoner dagelijks werden aange voerd. Rome spant de kroon en ontvangt 1105 liter per dag. Ik meen echter dat deze waterleiding niet met de hedendaagsche waarbij het water door filtratie tot drinkwater is geschikt gemaakt, moet vergeleken worden. Op Rome volgen New- York met 568, Marseille met 470 en Besanpon met 246 liter daags. Indien ik de 9 liter daags buiten beschouwing laat, waar Rio Janeiro genoeg aan schijnt te hebben of zich mede moet vergenoegen, dan volgen in Europa, Constantinopel Metz en St. Etiènne, die ieder met 20 liter daags worden voorzien. Het waterverbruik van Amsterdam verschilde van 24 tot 34 liter daags per inwoner. Het is in 1877, na aanleg van een nieuwe buis uit Yogelensangtot 60 liter gestegen. Parijs ontving in 1867 nog 60 en Londen 112 liter. In 1S70 was het watergebruik te Parijs door voeding van fon teinen voor het bosch van Boulogne tot 100 en te Londen tot 132 liter geklommen. In den Haag is de leveringsedert de opening der inrigting in 1875, tot tegenwoordig toege nomen van 15 liter tot 40 liter. Rotterdam vertoont dezelfde toeneming in verbruik. In 1877 was het verbruik reeds gestegen tot 34 liter, en maakte

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1880 | | pagina 160