Bijlage N°. 4. INSTRUCTIE voor liet gebruik van Normandy's Patent-distilleertoestel te Ylissingen. 159 1. Voor dat men den toestel in werking brengt, moeten de kraan, die den stoom naar de pompen voert, de stoomkraan (27), de beide „brine-eocks" (25) en (26) en de draining- cock" (63) gesloten zijn. De „waste-cock" (61), de draining-cock" (60) en kraan (62), die zeewater in reservoir (6) moet voeren moeten geopend wezen. 2. Heeft men nu voldoenden stoom in den ketel, dan brengt men eerst de pompen in beweging en regelt hun gang voort durend zoodat er een constante waterstroom door den con densator gaat. Zoodra er zeewater in de voedingsbakken (11), (12) en (13) stroomt, moet men op de drijvers (14), (15) en (16) letten en zien of ze soms door het water overdekt worden. Gebeurde dit, dan zou de drijver niet werken, waarschijnlijk door dat hij door het opdroogen van zout water een weinig vast geraakt was. Om dit te herstellen heft men den drijver met de hand een weinig in de hoogte, daalt hij niet weder dan is de zaak in orde. 3. Zoodra het zeewater in de peilglazen (23) en (24) zigtbaar wordt, opent men de brine-cocks" (25) en (26) gedeeltelijk, om te zorgen dat het water niet hooger dan 7 a 8 c. M. in de peilglazen stijgt. Open nu langzamerhand de stoomkraan (27). Hierdoor zal de belaste klep (28) opgetild worden en een meer of minder sterk geraas maken, dat spoedig ophoudt als het zeewater in den eersten verdamper warm wordt. Dan mag de stoomkraan (27) geheel of bijna geheel geopend worden. 4. Wanneer het zeewater in den eersten verdamper begint te kokenzal de secundaire stoompijp (51) warm worden. Even-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1880 | | pagina 187