69 Ook Noord-Beveland was tegen deze ontzaggelijke vloeden niet bestand; al zijne polders vloeiden daardoor inen volgens som migen bleef het overstroomde aan den noordkant meer dan twaalf jaar onder het water bedolven. Aan den westkant tegenover Walcheren werden de gebroken dijken spoedig ge heeld doch onder Catswaar de rampen bijna zoo groot waren, als aan den noordkantmoest veel land worden buitengedijkt1). Zeker waren er onder de vroegere stormvloedenwaarvan de kronijken gewagenonderscheidene van minder ernstigen aard voor dit eiland; terwijl andere in hevigheid en verwoes ting welligt met die van 1287 of 1288 overeenkwamen. Door o o verreweg de meeste zal het land evenwel zeer zijn beschadigd; want bij het geheel ondervloeijen der onbedijkte slijken en gorsen in den Roompot lagen de waterkeeringen aan eenen geweldigen golfslag blootgesteld. Maar is Noord-Beveland ooit zeer door het geweldig opgezweepte water geteisterd dan was het voorzeker in November 1304toen op onderscheidene plaatsen weder dijkbreuk ontstond. Reigersberg zegt betrek kelijk dit stormgetij het volgende: //Op Sinte Catharijnen dagh wast alzoo groten storm ende onweder met soo grooten hooghe vloet, dat veel Dijcken en de polders in Zeelandt //overvloeiden. Walcheren was soo seer overvloeijtdat die //dijcken soo seer gheramponeerdt waren, dat die Laiultli eden den moet verloren gavensoo dat sij de macht niet en had- den te dijckenwaerom die Graeve selve in 't landt van //Walcheren quam ende lieeftet met die Borsselsche Heeren //weder beverscht ende bedijckt. Noord-bevelandt was doen //mede tot diversche plaetsen in, aan de Noordzijdenochtans wertet kortelinghe daer nae beverscht ende bedijckt, maer daer werdt soo veel Lands buijten gedijckt dattet scherp YII Mijlen in 't ronde groot bleefwaer uijt naemaels een spreekwoordt quamdat men seijde het is soo scherp als Godt Noordbevelandt maekte. Ter selfder tij dt- werden twee 1) Reigersberg Kronijk van Zeelandpag. 89,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1880 | | pagina 97