305
en de tweede 3 weken duurde. Middelburg leverde 50 man
schappen, waaronder 2 hoofdlieden. De eerste reis werd van
hier met 23 wagens naar Arnemuiden gemaakt, waar de man
schappen met 11 schuiten scheep gebracht werden. Vervol
gens voer men langs ZierikzeeRotterdam en Gouda en landde
te Poelgeest. De terugtocht had plaats over Delft en Nieu-
werhaven (Schiedam) en vervolgens met schepen naar Arne
muiden. Deze twee tochten kostten te samen 235 5 5.
Den 29 September 1420 gingen er naar Cats, op een
dagvaart van de gemeene heeren en leenmannen van Zee
land," waar aan hertog Jan van Beijeren eene heffing van
46 gr. per gemet werd toegestaan.
Omtrent de oneenighedenin 1420 ontstaan tusschen hertog
Jan van Beijeren en hertog Jan van Brabant en de weder-
zijdsche vijandelijkheden (Wagenaar a. w. III445) vindt
men het volgende vermeld. Den 7 September werd iemand
naar Antwerpen gezondenom onze poortersdie naar de
markt gevaren warente waarschuwen van de pandingdie
men hier op de Brabanters deed, omdat de proost van Oud
monster en andere raden van hertog Jan van Beijeren in
Brabant gevangen waren gezet. Den 12 October werd op
een dagvaart van de steden van Zeelandte Goesberaamd
om de stroomen tusschen Holland en Zeeland te beveiligen
//overmits dat men van Steenbergen uitlag" en den 23 dier
maand werd op een dagvaart van de heeren en steden van
Zeeland, te Reimerswale besloten, dat men die plaats bewaren
zou en bezetten met gewapenden omdat de Brabanters eene
vergadering van gewapenden maakten." Éen der burgemees
ters bleef te dier plaatse 14 dagen lang met 20 manschappen.
Den 15 December kreeg men hier uit Zierikzee bericht, dat
de Brabanters vergadering maakten. Den 30 Januari 1421
waren ze hier met laardsen voor het land geweest en hadden
te Arnemuiden schepen genomen. Dientengevolge waarschijn
lijk, kwamen op den 3 Februari 1421 de //jonkheeren van
Veere," Florus van Borssele en andere ambachtsheeren
