340 men den ijzersnijder Hekman Glaassens uit Utrecht over komen. Hem werd den 17 Mei gelastde door hem ont worpen stempels van de gouden kroon en den negenstuivers- penning te voltooien. Den 16 Juni besloot men, op raad van Bruynzeels, Jan Noirot uit Antwerpen provisioneel aan te stellen tot muntmeester van Zeeland. Evenzoo werden voor- loopig benoemd tot waardijn Andkies Carasco, tot essayeur Pieter Roels tot ijzersnijder Herman Claassens en tot muntgezel Gillis Gorgu. Deze laatste trad reeds den vol genden dag in dienst, om van de hem verstrekte 14 mark zilver, door Bruynzeels te Dordt op het juiste allooi gebracht halve Philipsdaalders en negenstuiverspenningen te vervaardigen. Den 20 Juni 1580 kwam Gorgu met zijne eerste proeve gereed. Het //Collegiaelboeck" van de Staten van Zeeland en hunne Gecommitteerde Raden verhaalt daarvan het volgende Herman Glaysz ende Gillis Gorgu hebben gerestitueert aen die van den Raede die veertliien marck silvers gealloyeert ende gejusteerd opden Philipsdaelder met zijn gedeelten, hunl. gelevert bij den pensionaris Roels hebbende daermede be- gonst te munten den xvij dezer halve Philipsdaelders ende negenstuverspenningenhebbende de voorz, restitutie gedaen aen den Raedsheer van Pelanen ende den voorz. pensionaris Roels sulcx als hier naer volcht. Eerst hebben overgelevert in gemunte halve Philipsdaelders ende negenstuverspenningen daer inne begrepen zeven halve Philipsdaelders ende eenen negenstuverspenningdie syl. moeten goet doende somme van negen marck zes oneen twee ingelschen ende een lialff. Item hebben noch overgelevert vier marck een once vijfthien ingelschen aen cisalien ende scroyen sulcx dat de voorsz. leveraers inde voorsz. restitutie te cort commen tot volle leve- ringe van de voorsz. veerthyen marck de somme van twee ingelschen ende een halff. Ende de voorsz ix marck zes oneen ij5 ingelschen vuytgenomen de voorsz. seven halve Philips daelders ende eenen negenstuverspenningmaeckende vieren- twinticli ponden xix B vj h Yls., zijn gelevert ende over-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1881 | | pagina 174