349
seigneurage en loon van den muntmeester als boven. Koers
van uitgifte eerst 3 gulden, later verhoogd.
Gouden kronen. Deze moesten houden 22 karaat 31
grein aan allooi; alliage 15 gr. lijn zilver en 51 gr. koper;
in de snede 71J stuks. Gemunt waren 5 mark 1 onswaarvan
aan cisalien en voor den essai 1 ons 2 eng. 7| aas en in de
bus 1 penning, zuiver 4 m. 7 ons 17 eng. 241 aas, gelijk
4 m. 15 kar. lf gr. aan fijn goud. Kecht van seigneurage
27 stuivers per mark fijn.
Philipsdaalders. Allooi 10 penningen fijn zilver; in
de snede 7r~f, remedie 11 gr. 11 eng. Hoeveelheid gemunt
zilver 1194 m. 2|- eng., waaronder aan cisalien 56 m. 4 ons,
voor den essai 4 m. en in de bus 60 stuks, blijft 1133 m.
4 ons 2è eng., gelijkstaande met 944 m. 7 pen. 3J gr. fijn.
Kecht van seigneurage 11 stuiver per mark fijn.
Halve P h i 1 i p s d a a 1 d e r s. Gehalte en remedie als boven
in de snede 14^. Hiervan waren geslagen 118 m. 1 ons
21 eng., waarvan aan cisalien en voor den essai 7 m. 2 ons
18 eng 21 aas of zuiver 110 m. 6 ons 4 eng. 131 aas, gelijk
92 m. 3 pen. 181 gr- fijn; aan buspenningen 7. Recht van
seigneurage als boven.
Bourgondische daalders. Het gehalte was 10 pen.
17 gr. fijn; in de snede moesten er gaan in het Trooische
mark of uit een mark fijn 9 en 1 en T'5 en rl¥ en
stuks; remedie 11 gr. 11 eng. Hoeveelheid gemunt
138 m. 3 ons, waarbij 6 m. aan cisalien, 6 ons 13 eng. 11
aas voor den essai en aan buspenningen 7blijft 131 m. 4 ons
6 eng. 30-1 aas, gelijk 117 m. 4 pen. 141 gr. fijn. ltecht
van seigneurage als boven.
Stuivers. Allooi 3 pen.; in de snede 112, uit het mark
fijn 448; remedie 11 gr. 11 eng. Hiervan werden vervaar
digd 12S m. 7 ons of zuiver 118 m. 5 ons 14 eng. 15 'raas,
gelijk 29 m. 8 pen. 2 gr. fijn Recht van seigneurage 3 stui
vers per mark fijn.
Koperen oorten. I11 de snede 44. Hoeveelheid ge-