351 meester daeraff gegevengelijck wij oock attesteren het cope- ren geit, inde voorsz. munte geslagen goet ende oprecht van gewichte bevonden te hebbenconform die instructieden muntmeester daeraff gegeven. Welcke voorsz. penningen wij verclaren bij desen alle ende een ijegelijcken van dyen alzoo deuchdelyck int gewichte ende alloy bevonden te hebben ende te zijndat op het minste in alle die voorscreven specien nyet en is te zeggendwelck wij tot allen tijden des versocht zijndeboven desen bereet zijn tegens eenen iegelijcken te helpen verantwoorden. Des toirconden ende dat men schul- dich is der waerheijt getuygenisse te geven, principalijck des versocht zijnde bijden voorsz. Raede, soo hebben wij dese met onse gewoonlycke hantteeckenen bevesticht. Gedaen tot Mid- delburchden viijen Juny xvc ende dryentachentich. Onder- stont geteeckentMelchiou van de Per re Jacob van Bij- landt C. van Bijlant. De geheele ontvangst van Bruijzeels' eerste muntbus be droeg 18101 gulden 11 st. 38 my ten. De gage van den waardijn beliep 240 gulden, die van den essayeur 216 gulden en die van den stempelsnijder 200 gulden 's jaars. De gene- raalmeesters en essayeur-generaal genotenzoo voor vacatiën als aan leges, 685 gulden 6 st. Voor het maken van ver schillende stempels ontving Herman Claassens de ijzersnijder nog 144 gulden. Den boekdrukker Richard Schilders, werd 18 gulden uitbetaald voor het drukken van 1500 exem plaren van de op bladz. 343 genoemde Verantwoordinge." De nieuwe Zeeuwsche Munt had hare eerste proef alzoo roemrijk doorstaan. In het volle gevoel daarvan boden de Gecommitteerde Raden aan de Generaals der Munt een diner aan, waarvoor aan de vweerdinne in de drije .moriaenen" 9:6:0 VI. werd betaald. Inmiddels had den 26 Juli 1581 de afzwering van Philips door de geünieerde provinciën plaats gehad. Men besloot het borstbeeld van den vroegeren landsheer ook van de munten te doen verdwijnen. Doch Zeeland talmde hiermede zeer lang,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1881 | | pagina 185