i
379
delijke Nederlanden meester maakte, de vijand steeds meer
Zeelands grenzen naderde en, tot overmaat van smart, de
Prins, op wien men zijne hoop bouwde, door de hand van
den moordenaar was gevallentoen verschenen de rozenobels
en de snaphaanschellingen met tot randschrift de smartkreet
onzer voorvaders: domine seeva nos peeijius, Heere, red
onswij vergaan.
Later, toen we, door de ervaring onder Leicester wijzer
geworden, hadden geleerd, dat het beter was op eigen dan
op vreemde hulp te vertrouwentoen we zagendat Filips
door eene valsche hoop verblind, zijne beste krachten in
Frankrijk ging verspillen en dat het dus tijd was om met
kracht op te treden, toen kwamen in 1591, een jaar voor
Pabma's dood en een jaar nadat Maueits zijne heldenloopbaan
begonde Zeeuwsehe helmrijksdaalders in omloop met de op
wekkende woordenvigilate deo confidentes waaktgij
die op God vertrouwt.
En eindelijk na de tien jarenzoo keurig door prof. Feuin
beschreven, was het grondgebied der Yereenigde Nederlanden
van vijanden gezuiverd en de Staat voor goed gevestigd. De
handel had door ontdekking van den zeeweg naar de Oost
en door de vaart op de kusten van Amerika eene ongekende
vlucht genomen en alom welvaart verspreid. Als onder hoogere
leiding was de toekomst helder geworden. Dankbaar erkenden
dit de woorden op den Zeeuwschen rozenobelsi deus nobis-
cum quis contea nos indien God met ons iswie kan dan tegen
ons zijn. Met zelfvoldoening kon men op de krachtsinspan
ning van de laatste jaren terugzien en de hoop voedendat
de zinrijke spreuk, die voor 't eerst in 1601 op de Zeeuwsehe
munt verscheenbewaarheid zou wordenLuctoe et emebgo
ik ivorstel en ontzwem.
26