XV. BRANDEN EN BRANDBLUSCII MIDDELEN. B R A N D E N. 243 Op den meiavond van het jaar 1374 was er een brand //bachten Poppe Lamb in de Langhevele Dientengevolge komen er in de rekening van 1374-75 uitgaven voor wegens //oesfaten" (hoosvaten) kannen en schoppen, die men toen aankocht. Den 17 December 1403 was er des nachts een groote brand bachte des joncheu vand Ve (Veere) in zine kokene op die burgh." Ten einde water te krijgen stonden B. S. toe, dat er kannen aangekocht zouden worden. De rekening van 1412-13 maakt melding van twee groote brandeneen in de week voor paschenin den dilftachter Jan Vassenaersde andere in de langeviele, /'bachten de Augustinen." Om den haast dien er met de blussching van laatstgemelden brand gemaakt werdhad men eer de leeren emmers kwamenaarden kannen gekocht. De rekening van het volgende jaar maakt wederom melding van een grooten brandop den grooten vastenavond, in de gorsstraat die ze (zeer) anxtelic was." 's Nachts werd er van stadswege bij gewaaktmet eene menigte volkom den brand te blussclien en onder den voet te houden. Op Sint Aagtendag 1415 so was een groot brant up thogehof bi de augustine" en op kleinen vasten avond daarna was er brand bij Hendrik Braems die zë anxtelic groot was." Aan Meeus Meeuss. werd daarna betaald voor drie dagen ladders en haken te maken want zij in den brant vele gebroken en te niete ghedaen ware." Den 17 November 1416 was een groote brand in de lan geviele. Om den brand te blussclien, eer de stads-emmers er waren, werden er 90 kannen gekocht, 24 hoosvaten en 24 //basten," daar men water mede putte, 's Nachts werden er 12 wakers bij gezet, die 20 stoop bier, van een groot de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1881 | | pagina 77